13
Vervang inasfondsen bedr i ifsmidde1en
Bij de vasttelling van de voorjaarsnotitie 1993 werd besloten voor bepaalde
bedrijfsmiddelen vervangingsfondsen in te stellen. Het ging hierbij om de
middelen t.b.v. de vrijwillige brandweer, de gladheidsbestrijding en de
plantsoenen.
Het instellen van deze fondsen zou op termijn (1998) een budgettaire last met
zich mee brengen van ongeveer f. 30.000. In de begroting 1994 werd de eerste
schijf megenomen. Verzuimd werd om in de meerjarenramingen in de jaren 1995
t/m 1997 een budgettaire laste van f. 6.000 per jaar op te nemen. Het tnans
opnemen van deze lasten geeft thans in dit verhaal de volgende nadelen.
1995 1996 1997
f. 6.000 n. f. 12.000 n. f. 18.000 n.
Jaarli.iks budget structurele middelen
Ervaring leert dat het beslist noodzakelijk is dat ieder jaar bij de
vaststelling van de begroting een bedrag van pirn. f. 50.000 structuree
vrijgemaakt wordt voor de financiele gevolgen van zaken die vooraf met zijn
in te calculeren. Ieder jaar blijkt weer dat deze ruimte nagenoeg gehee I
verbruikt wordt. t
Het opnemen van deze bedragen heeft de volgende structurele gevolgen.
1995 1996 1997
Jaarlijkse budgetten: f. 50.000 n. f. 50.000 n. f. n'
stijging, cumulatief: f. 50.000 n. f. 100.000 n. f.n*
Meeriareni nvester i nasprogramma
Bij de begroting 1994 werd het meerjareninvesteringsprogramma 1994 t/m 1997
vastoestGld
De in dit programma opgenomen wensen hebben tot gevolg dat de komende jaren
budgetten beschikbaar moeten komen/vrij gemaakt moeten worden.
Het meerjarenplaatje van de benodigde ruimte voor nieuw beleid geeft daarmee
het volgende beeld te zien:
1995 1996 1997
meerjareninvesterings
programma, stijging per nn
jaaf: f. 228.200 n. f. 63.300 n. f. 28^00 n.
stijging, cumulatief: f. 228.200 n. f. 291.500 n. f.n*