9Vooriaarsnotitie 1994 94/59 - 1948 m Hierover wordt het woord gevoerd door de heren Lageweg, De Vries, BoersmaPoortinga, Bijlsma, Dijkstra, Admiraal en de voorzitter. In zijn algemeenheid kunnen de fracties akkoord gaan met de gepresenteerde voorjaarsnotitie 1994. De nieuwe begrotingsopzet spreekt aan. De fracties gaan niet (zondermeer) akkoord met de voorgestelde bezuinigingsmaatregel de belastingtarieven te verhogen met het inflatiepercentage De heer Lageweg zegt dat zijn fractie akkoord gaat om de ontstane financiele ruimte groot 850.000,-- te storten in een nieuw te vormen reserve en niet op voorhand investeringen te plegen. De heer De Vries wenst t.a.v. de begroting van Westergo, dat bij de aktualisering van de begroting de nieuwe investeringen kritisch worden bekeken. De heer Boersma merkt op, dat de uiterste noodzaak om de gemeentelijke belastingtarieven met het inflatiepercentage te verhogen, te zijner tijd duidelijk gemaakt moet worden. Hij vraagt of het niet correcter is het bedrag ad 850.000,-- in de Algemene Reserve te stoppen. De heer Dijkstra is van mening dat elk jaar gestreefd moet worden naar een sluitende begroting en wenst daarnaast dat er gewerkt wordt naar een produktenbegroting. De voorzitter zegt in een reactie op het vorenstaande dat de voorjaarsnotitie een aanloop is naar de begroting 1995. Hij zegt de opmerking m.b.t. een sluitende begroting te kunnen onderschrijven. Ook het college streeft naar een sluitende begroting 1995. Vervolgens geeft hij de achterliggende gedachte, het bedrag ad 850.000,-- in een nieuwe te vormen reserve te stoppen weer. De wens van de diverse fracties om de reserves meer inzichtelijk te maken, wordt door het college meegenomen. Met inachtneming van de gemaakte opmerkingen wordt conform het voorstel van het college besloten. 10Sluiting (2621) Aldus besloten in de raadsvergadering van 30 juni 1994, de secretarisde voorzitter, (J.J. Kingma) (Mr. C. Bijl) 4

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1994 | | pagina 7