c. indien in de subsidie-aanvraag subsidiering in personeelslasten
is begrepen, wordt nog overgelegd:
- een opgave van het aantal op het moment van de aanvraag in
dienst zijnde personeelsleden alsmede van de geldende salaris-
regeling, de salarisschaal en de salarissen inclusief de
sociale lasten die voor elk van de personeelsleden op dat
moment gelden;
- een opgave van het aantal gewenste personeelsleden in het
jaar waarvoor subsidie wordt aangevraagd alsmede van de gelden
de salarisregeling, de salarisschaal en de salarissen inclusief
de sociale lasten die voor elk van de personeelsleden in dat
jaar zullen gelden.
3. De instelling geeft duidelijk aan voor welke personeelsleden eventu-
eel geen subsidie wordt gevraagd en verstrekt gegevens omtrent de
subsidiering en overige kosten die voor deze personeelsleden worden
gemaakt
4. Indien de instelling voor de eerste maal subsidie aanvraagt, worden
bovendien overgelegd:
a. een exemplaar van de stichtingsakte of de statuten;
b. een opgave van de bestuurssamenstelling;
c. een overzicht van de financiele toestand van de instelling.
5. Indien nog voor de aanvang van het werkjaar wijzigingen optreden in
de gegevens als vermeld in lid 2, doet de instelling hiervan onver-
wijld opgave aan het college van burgemeester en wethoudersonder
gelijktijdige toezending van een afschrift aan het dagelijks bestuur.
Artikel 5
1. Het dagelijks bestuur kan extra gegevens aan de instelling vragen
indien dit nodig mocht blijken voor het opstellen van een advies aan
de betrokken gemeentebesturen.
2. Het dagelijks bestuur, gehoord de Commissie sociale zaken en wel-
zijnsaangelegenheden, kan nadere vormvoorschriften stellen ten
aanzien van het in artikel 4, lid 1 en lid 2 genoemde.
Paragraaf 2 Subsidietoekenning
Artikel 6
1. De raad beslist voor 1 januari van het werkjaar op een subsidie-
aanvraag als bedoeld in artikel 4, lid 1 en lid 2, op basis van het
programma voor het werkjaar.
2. Het college van burgemeester en wethouders zendt aan de instelling
binnen 66n maand de beschikking en een afschrift daarvan aan het
dagelijks bestuur.
Paragraaf 3 De definitieve vaststelling
Artikel 7
1. Het college van burgemeester en wethouders stelt uiterlijk op 1
oktober van het jaar volgend op het werkjaar de hoogte van het
toegekende subsidiebedrag definitief vast.
2. De instelling verstrekt daartoe v66r 1 april van het jaar volgend op
het werkjaar aan het college van burgemeester en wethouders, in
afschrift aan het dagelijks bestuur, de volgende gegevens:
a. een gewaarmerkte rekening van baten en lasten met betrekking
tot het in het werkjaar verrichte algemeen maatschappelijk werk
en de daarbij behorende balans en toelichting;
3