Artikel 2 1. Aan degene die de Nederlandse nationaliteit bezit of op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers van 9 September 1976 (Stb. 468) als Nederlander wordt behandeld en in de bevolkingsadministratie van de gemeente of in het Centraal Persoonsregister is opgenomen, wordt op diens aanvraag door het college van burgemeester en wet- houders binnen de grenzen van deze verordening een identiteitskaart verstrekt 2. Het college van burgemeester en wethouders verstrekt de identiteits kaart binnen twee weken, na de dag waarop de aanvraag overeenkomstig de voorschriften is ingediend. Het college van burgemeester en wethouders kan de verstrekking met ten hoogste twee weken verdagen. 3. De identiteitskaart wordt aan de houder persoonlijk of aan een door de houder schriftelijk gemachtigde uitgereikt. De gemachtigde moet zich op verzoek kunnen legitimeren. Artikel 3 1. De identiteitskaart heeft een geldigheidsduur van vijf jaren. 2. De identiteitskaart blijft na uitreiking gemeente-eigendom. Artikel 4 (vervallen) HOOFDSTUK 2 DE IDENTITEITSKAART Artikel 5 De identiteitskaart is het document zoals dat door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is vastgesteld en bekendgemaakt Artikel 6 1. De identiteitskaart vermeldt de volgende gegevens van de houder: a. de geslachtsnaam; b. de voornamen; c. de geboortedatum; d. de gemeente van geboorte; e. het geslacht; f. de Nederlandse nationaliteit; g. het adres; h. de woonplaats; ide lengte 2. De identiteitskaart vermeldt voorts a. de afgevende autoriteit; b. het tijdvak waarvoor het document geldig is; chet documentnummer d. het persoonsnummer e. het druknummer; 3. De identiteitskaart bevat tevens een rubriek: aantekeningen afgevende autoriteit 2

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1994 | | pagina 155