4. De in het eerste lid onder a. genoemde geslachtsnaam omvat tevens de
voorvoegsels en adellijke titels
5. De in het eerste lid, onder b. genoemde voornamen worden voluit
geschreven en omvatten tevens de adellijke predikaten. Voornamen die
door de beperkte ruimte niet voluit zijn te vermelden worden met de
voorletter vermeld.
6. Aan de in bet eerste lid, onder f. genoemde vermelding wordt, in het
geval de identiteitskaart aan een persoon als bedoeld in de Wet
betreffende de positie van Molukkers wordt verstrekt, toegevoegd:
In de rubriek aantekeningen afgevende autoriteit"wordt in dit
geval vermeld: S.468.76.
7. De in het eerste lid, onder g. en h. genoemde gegevens, zijn het
adres en de woonplaats op het moment waarop de identiteitskaart wordt
verstrekt
8. De identiteitskaart is voorzien van een zwart-wit pasfoto van 3 bij 4
cm van de houder en van de handtekening van de bouder.
Artikel 7
1. Op verzoek van de aanvrager vermeldt de identiteitskaart tevens de
geslachtsnaam van de echtgenoot of echtgenote dan wel van de laatst
gewezen echtgenoot of echtgenote.
2. De in het eerste lid bedoelde geslachtsnaam omvat tevens de voorvoeg
sels en adellijke titels.
Artikel 8
De aanvrager die door middel van schriftelijke bewijsstukken aantoont dat
hij schrijft, handelt of bekend staat onder een andere naam, kan verzoeken
dat deze andere naam tevens op de identiteitskaart wordt vermeld.
HOOFDSTUK 3 DE AANVRAAGHET BUITEN BEHANDELING LATEN, DE WEIGERING
Artikel 9
1. Het college van burgemeester en wethouders stelt een formulier vast
voor het aanvragen van de identiteitskaart en het vaststellen van de
identiteit van de aanvrager. Met het formulier dienen twee dezelfde,
recente en goed gelijkende zwart-wit pasfoto's van de aanvrager te
worden ingeleverd.
2. Het formulier biedt ten minste ruimte voor de dagtekening, de onder-
tekening door de aanvrager, de afdoeningshandelingen en de datum van
verstrekking en uitreiking, het invullen van de in artikel 6, eerste
lid, en artikel 7, eerste lid, genoemde gegevens en voor het aanhech-
ten van ddn van de pasfoto's van de aanvrager.
3. De pasfoto's zijn schuin van voren genomen, zodanig dat de afbeelding
voor ongeveer 3/4 gedeelte de ene en voor ongeveer 1/4 gedeelte de
andere gelaatshelft weergeeft.
3