Artikel 9 Verplichtingen van de houder 1. De vergunning of vrijstelling is niet overdraagbaar 2. De houder is verplicht aan het college van burgemeester en wethouders gegevens te verstrekken die door of namens hem in verband met de huisvesting, verzorging en begeleiding van de kinderen van belang worden geacht. 3. De houder is voorts verplicht om, indien de versterkte gegevens wijziging ondergaan, daarvan onmiddellijk schriftelijk mededeling te doen aan het college van burgemeester en wethouders. Artikel 10 Intrekking of wijziging van vergunning of vrijstelling 1. Het college van burgemeester en wethouders kan de vergunning of vrijstelling intrekken of wijzigen: a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt; b. indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de vergunning of vrijstellingmoet worden aangenomen, dat intrekking of wijzi ging daarvan wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning is verstrekt; c. -indien de aan de vergunning of vrijstelling verbonden algemene of nadere regels niet zijn of worden nagekomen; d. indien van de vergunning geen gebruik wordt gemaakt binnen een redelijke termijn; e. indien de houder dit verzoekt. 2. Een besluit tot intrekking of wijziging van een vergunning of vrij - stelling wordt niet genomen, dan nadat de houder van de vergunning in de gelegenheid wordt gesteld binnen een door het college van burge meester en wethouders te stellen termijn zijn zienswijze naar voren te brengen over het voornemen tot het nemen van dit besluit. 3. Het college van burgemeester en wethouders kan in het belang van de kinderen tijdelijke of blijvende sluiting van een kinderdagverblijf gelasten, indien naar zijn oordeel dringende omstandigheden die niet uit deze verordening voortvloeien daartoe aanleiding geven. HOOFDSTUK 2 NADERE REGELS Paragraaf 1 Regels voor een kinderdagverblijf Artikel 11 Algemene regels Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd algemene of nadere regels te stellen, waaraan het kinderdagverblijfde houder en de in het kinderdagverblijf werkzame functionarissen en begeleiders moeten voldoen. Deze regels kunnen betrekking hebben op: a. de verzorging en begeleiding van en het toezicht op de kinderen; b. de accommodatie en inrichting en hygidnische toestand van de voorzie- ning; c. de veiligheid van de voorziening; d. de aan de functionarissen en begeleiders te stellen eisen van gezond- heid en gedrag. Artikel 12 Invloed ouders/verzorgersfunctionarissen en begeleiders De houder zorgt ervoor dat de invloed van functionarissen, begeleiders en ouders/verzorgers op het beleid van de houder gewaarborgd is. 3

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1994 | | pagina 53