3. Beleidskeuze.
Het vorenstaande overwegend menen wij een beleidslijn in de voornoemde
richting te moeten ontwikkelen. Dit sluit aan bij de recente ontwikkelingen
binnen de gemeente Leeuwarderadeel. De afgelopen twee/drie jaar zijn er di
verse voorzieningen voor allerlei (doel)groepen gerealiseerd of nog in ont-
wikkeling. Het leefgenot van de inwoners van de gemeente Leeuwarderadeel
heeft hierdoor een positieve impuls gekregen. Genoemd kunnen worden:
het nieuwe sportkomplex "It Gryn";
de nieuwe multi-funktionele akkommodatie;
de renovatie van een aantal dorpshuizen; en
het reaiiseren van kinderopvang.
Voor de direkte woon(speel-)omgeving van de kinderen is er, behoudens een
aantal ad-hoc voorzieningen, echter weinig gebeurd. Het lijkt wenselijk dit
op te pakken. Leeuwarderadeel heeft zich de laatste jaren tot een wo°n~
voor kinderen speelgemeente ontwikkeld. Het gemeentelijk (welzijnsjbeleid
zal hierop aan moeten sluiten.
Wij pleiten er derhalve voor het vorenstaande in een beleidsvisie te ver-
talen.
Op basis van hoofdstuk 2 komen wij tot de volgende beleidslijn ten aanzien
van kinderspeelterreinen.
Er komt een driesporenbeleid:
a. de mogelijkheid voor een startsubsidie bij nieuwe kinderspeelterreinen
in bestaande wijken/buurten die aan een aantal kriteria voldoen. Dit
startsubsidie wordt ten laste van de eenmalige middelen gebracht. Het
maximum voor dit startsubsidie bedraagt f 7.500,--. Dit subsidie be-
draagt echter nooit meer dan 75% van de kosten van de speelvoorziening.
Van de aanvrager zelf wordt een eigen bijdrage van 25% gevraagd. Dit kan
in de vorm van eigen financiele middelen en/of zelfwerkzaamheid.
Daarnaast kan door de aanvrager ook nog een beroep op derden/Fondsen
worden gedaan.
b. bij de aanleg van nieuwe wi.iken dient in de exploitatieopzet rekemng
met een voorziening als een kinderspeelterrein te worden gehouden. Dit
betekent niet alleen ruimte (grond) maar ook financiele middelen voor
het inrichten van deze ruimte in de exploitatieopzet opnemen.
Ook hier kan door de aanvrager een beorep op derden/Fondsen worden ge
daan.
c. een post "Onderhoud" via het "Welzijnsprogramma" voor noodzakelijk jaar-
lijks onderhoud. Dit budget wordt op f 2.500,-- vastgesteld.
Per speelvoorziening kan in dit kader een subsidie van maximaal f 500.--
per jaar worden toegekend.
Er dient vervolgens een overeenkomst met een rechtspersoonlijkheid bezit-
tende organisatie (vereniging voor dorpsbelangen/buurtvereniging o.i.d.) te
worden afgesloten. Deze overeenkomst bevat afspraken over het beheer en het
(dagelijks) onderhoud van het speelterrein (zie bijlage A.).
Het uitgangspunt is om per dorp/wijk medewerking aan het reaiiseren van een
kinderspeelterrein te verlenen.
Aandachtspunten hierbij zullen zijn:
het aantal kinderen;
de verkeersvei1igheid voor de jeugd;
de veiligheid van de speeltoestellen;