3.2. Een priis per hulpeenheld In het bestuurlijk overleg met het fusiebestuur is er van onze zijde voor gekozen om de doelmatigheid bij de instelling te vergroten door afspraken te maken over de prijs per hulpeenheid in 1997. Het is vervolgens aan de instelling om qua bedrijfsvoering zodanig maatregelen te treffen om dat mogelijk te maken. In het overleg met het fusiebestuur over de prijs per hulpeenheid in 1997 zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop zo'n prijs berekend kan worden. Wij verwij zen daarvoor naar de financiSle paragraaf (bijlage 3). Zoals bekend was het niet mogelijk om op dit moment reeds met het fusiebestuur tot overeenstemming te komen over de prijs per hulpeenheid in 1997. In vergelijking met de huidige kosten gaat het fusiebestuur er van uit dat voor eenzelfde hoeveelheid hulpeenheden als in 1993 de kosten met ongeveer een half miljoen zullen dalen. Voor de volledigheid wij zen wij erop dat het aantal hulpeenheden per ge- meente zoals genoemd in de paragraaf het karakter van een garantie heeft. Er wordt dus een minimum aantal hulpeenheden genoemd die de gemeente dient af te nemen. Omdat 1993 als peiljaar is genomen en de garantie betrekking heeft op het budget voor 1997 is het verstandig om te bezien of het aantal af te nemen hulpeenheden ook bijstelling behoeft. Temeer omdat er sprake is van een gestage groei van de behoefte aan maatschappelijk werk. Zoals uit de financiele paragraaf blijkt is met het fusiebestuur overeenge- komen het budget per gemeente voor 1996 vast te stellen op hetzelfde budget als 1995. 3.3. Wachtgelden Gelet op de doorgevoerde doelmatigheidsvergroting en de daarmee samenhan- gende vermindering van het totale budget is het onvermijdelijk dat het aan tal personeelsleden in dienst van de stichting zal verminderen. In de fi- nanciSle paragraaf is overeengekomen dat de gemeenten onder bepaalde voor- waarden de daarmee samenhangende kosten voor hun rekening zullen nemen. Ge let op de relatie met de vermindering van de budgetten lijkt het ons rede- lijk de kosten te verdelen over de gemeenten naar rato van de mate waarin men financieel voordeel heeft bij de fusie in 1997 3.4. Overeenkomst Zoals boven reeds aangegeven is het de bedoeling dat er per gemeente een overeenkomst wordt gesloten met de instelling. In de tweede helft van dit jaar zal het "provinciaal" portefeuillehoudersoverleg maatschappelijk werk een standaard overeenkomst aan de gemeenten voorleggen. Deze overeenkomst wordt voorbereid in nauw overleg met de instelling. 3.5. Voorstel Samengevat stellen wij voor in te stemmen met de financiele paragraaf. 4. Statuten De statuten (bijlage 4) geven ons geen aanleiding tot opmerkingen. 5. Voorstel Het is vanzelfsprekend mogelijk dat niet alle gemeenten bijgaande voorstel- len kunnen of willen onderschrijven. In hoeverre dat de fusie van de vier instellingen zal frustreren is niet geheel voorspelbaarVanzelfsprekend is het streven er op gericht dat alle 22 gemeenten meedoen. 4

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1995 | | pagina 60