Het lijkt de meerderheid wenselijk als gemeenten hierbij 66n lijn te trek-
ken. De meerderheid denkt hierbij aan het G-4 overleg. Hierbij dient echter
wel een tijdlimiet te worden gesteld. Is er 1 juli 1996 (nog) geen zicht op
een gezamenlijke (uniforme) subsidie-systematiek voor de Prot. Chr. Stich-
ting voor Thuiszorg en Maatschappelijk Werk per 1 januari 1998 dan zal de
gemeente Leeuwarderadeel zelf de subsidie-systematiek voor deze Stichting
bepalenTot het tijdstip van de nieuwe subsidie-systematiek stelt de meer
derheid voor, voor de Prot. Chr. Stichting voor Thuiszorg en Maatschappe
lijk Werk de status quo te handhaven. Dit betekent voor 1996 en 1997 ook
nog een jaarlijks subsidie van 41.000,--.
De minderheid van ons kollege spreekt zich voor subsidiering van <§§n in-
stelling uit; de nieuwe Provinciale instelling. De minderheid konformeert
zich hierbij aan haar eerdere uitspraken in deze. De nieuwe Provinciale
instelling kenmerkt zich door een pluriform aanbod. Een ieder kan hier
terecht. Een tweede instelling is dan niet meer nodig. Daarnaast zet de
minderheid vraagtekens bij de financiering van twee instellingen; de meer-
kosten die hier (mogelijk) uit voort zullen vloeien (zie de stukken van de
vergadering van de Raadskommissie Welzijn van 12 juni 1995)De minderheid
stelt dan ook voor de subsidiering van de Prot. Chr. Stichting voor Thuis
zorg en Maatschappelijk Werk per 1 januari 1997 te beeindigen.
Voor de Verordening "Regels te stellen in het subsidieringsverkeer met de
instellingen die uitvoering geven aan algemeen maatschappelijk werk in de
gemeenten het Bildt, Boarnsterhim, FerwerderadeelFranekeradeelHarlin-
gen, Leeuwarderadeel, LittenseradeelMenaldumadeelTerschelling en Vlie-
land" is binnen de voornoemde visie van zowel de meerderheid als de minder
heid geen grondslag meer. Deze verordening is laatstelijk op 21 juli 1994
gewijzigd. Dit betrof echter een aanpassing aan de Algemene Wet Bestuurs-
recht en geen inhoudelijke wijziging. Deze verordening kan worden ingetrok-
ken.
Tevens kunnen de raadsbesluiten van resp. 26 november 1992 (nr. 92/114),
29 april 1993 (nr. 93/43) en 16 december 1993 (nr. 93/129) worden ingetrok-
ken.
Wij stellen u voor in deze een uitspraak te doen.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarderadeel,
de secretarisde burgemeester,
J.J. KINGMA
MR. C. BIJL
