bekostiging een aanvang kan nemen. Burgemeester en
wethouders kunnen, onder mededeling daarvan aan de
aanvragerdeze termijn verlengen met drie weken. Indien
niet binnen deze termijn is besloten, worden de
bouwplannen en de begroting geacht te zijn goedgekeurd en
vangt de bekostiging aan op het door de aanvrager
aangegeven tijdstip.
Binnen twee weken na de datum van de beslissing over het
bouwplan, de desbetreffende begroting en het tijdstip
waarop de bekostiging een aanvang neemt, delen
burgemeester en wethouders de beslissing schriftelijk mee
aan de aanvrager.
Bij de beslissing als bedoeld in het tweede lid stellen
burgemeester en wethouders eveneens vast of de feiten en
omstandigheden waarin de school verkeert ten opzichte van
de feiten en omstandigheden ten tijde van de vaststelling
van het programma, al dan niet ingrijpend zijn gewijzigd.
Bij een naar oordeel van burgemeester en wethouders
ingrijpende wijziging van de feiten en omstandigheden
komt de voorziening alsnog niet voor bekostiging in
aanmerking.
De goedkeuring van de bouwplannen, de goedkeuring van de
begroting, de toetsing of voldaan wordt aan de bij of
krachtens de wet gestelde voorschriften en de toetsing of
er sprake is van nieuwe feiten en omstandigheden kunnen
achterwege blijven, als naar het oordeel van burgemeester
en wethouders, dat niet noodzakelijk is gezien de inhoud
van de in het programma opgenomen voorziening.
Burgemeester en wethouders doen hiervan mededeling aan de
aanvrager in het overleg als bedoeld in artikel 15.
De indiening van de in het eerste en het tweede lid
bedoelde begroting blijft achterwege indien het de
uitvoering betreft van een voorziening als bedoeld in
artikel 4, derde lid, laatste volzin.
De beslissing van burgemeester en wethouders als bedoeld
in het tweede lid betreft dan uitsluitend de beoordeling
van het bouwplan. Daarbij zijn de genoemde termijnen in
het tweede lid van overeenkomstige toepassing.
Nadat burgemeester en wethouders het bouwplan van een
voorziening als bedoeld in artikel 4, derde lid, laatste
volzin hebben goedgekeurd, overlegt de aanvrager met
inachtneming van de hierover gemaakte afspraken als
bedoeld in artikel 15, tweede lid, aan burgemeester en
wethouders de aan de aanvrager uitgebrachte offertes voor
de uitvoering van de voorziening. Burgemeester en
wethouders beslissen binnen vier weken na ontvangst van
de offertes over het bedrag dat definitief beschikbaar
wordt gesteld voor de uitvoering van de voorziening en
over het tijdstip waarop de bekostiging een aanvang kan
nemen. De aanvrager wordt binnen twee weken na de datum
van deze beslissing hiervan schriftelijk in kennis
gesteld. Voor de vaststelling van het definitieve bedrag
is de offerte met de laagste prijsstelling bepalend.
18