Artikel 3 0 Omschrijving leegstand
1 Er is sprake van leegstand in een lesgebouw:
wanneer het betreft een gebouw van een school voor
basisonderwijs, indien uit de vergelijking van het aantal
groepen zoals berekend op basis van bijlage III, deel B
en de capaciteit van het gebouw zoals vastgesteld op
basis van bijlage III, deel A blijkt dat er ten minste
een leslokaal niet nodig is voor de daar gevestigde
school of scholen;
2 Er is sprake van leegstand in een gymnastiekruimte
a wanneer het betreft een gebouw dat gebruikt wordt
voor basisonderwijsindien de som van het aantal
klokuren gebruik dat wordt vergoed op grond van
artikel 38 minder is dan 40 klokuren.
b wanneer het een gebouw betreft dat gebruikt wordt
voor basisonderwijs en voortgezet onderwijs, indien
de som van de berekeningswijzen genoemd onder a en b
een aantal klokuren lager dan 40 oplevert.
Artikel 31 Nalaten vordering; volgorde van vorderen
1 Burgemeester en wethouders gaan niet over tot vordering
ten behoeve van medegebruik indien het bevoegd gezag de
leegstand van het gebouw waarin het beoogde medegebruik
dient plaats te vinden in gebruik heeft gegeven aan een
andere school of scholen ten behoeve van het onderwijs
aan die school of scholen.
2 Het gestelde in het eerste lid is niet van toepassing
indien het gebruik van die andere school of scholen kan
plaatsvinden in de aan die scholen reeds ter beschikking
staande huisvestingscapaciteit
3 Indien er zich in meerdere gebouwen leegstand voordoet
wordt
a als eerste de leegstand gevorderd in het gebouw dat
in gebruik is bij een school van hetzelfde bevoegd
gezag, tenzij uit oogpunt van doelmatigheid het
vorderen van leegstand in een ander gebouw een
betere oplossing biedt;
b vervolgens de leegstand gevorderd in het gebouw
waarin een school van dezelfde richting is
gehuisvest en
c vervolgens de leegstand gevorderd in het gebouw dat
het dichtst gelegen is bij het hoofdgebouw van de
school ten behoeve waarvan de vordering plaatsvindt.
4 Burgemeester en wethouders kunnen, indien de bij de
vordering betrokken bevoegde gezagsorganen daarmee
instemmen, in een individueel geval van de in het derde
lid opgenomen volgorde afwijken.
Artikel 32 Overleg en mededeling
1 Indien burgemeester en wethouders voornemens zijn om over
te gaan tot vordering van leegstand in een lesgebouw of
gymnastiekruimte, voeren zij daarover overleg met het
bevoegd gezag waarvan de leegstand gevorderd wordt en met
het bevoegd gezag waarvoor de huisvesting is bestemd. Dit
overleg maakt deel uit van het overleg als bedoeld in
24