groep alsmede bedragen voor de beide toeslagen. In deze
bedragen zijn begrepen de bouwkosten, de toeslag voor
paalfundering, de toeslag voor herstel en inrichting van
terreinen alsmede eenmalige aansluitkosten op
nutsvoorzieningenTussen haakjes staan de bedragen indien
paalfundering niet noodzakelijk is.
De vergoeding wordt bepaald op basis van de volgende bedragen:
Vast bedrag: 58.505,-
57.964,-)
Bedrag per groep: 115.019,-
108.432-)
Toeslag eerste groep: 28.755,-
27.108,-)
Toeslag hoofdlocatie230.038,-
216.864,-)
Uitbreiding van bestaande tijdelijke voorzieningen
Ook bij uitbreiding van tijdelijke voorzieningen wordt wat
betreft de bruto vloeroppervlakte uitgegaan van 80 m2 per
groep. De vergoeding bestaat uit een vast bedrag en een bedrag
per groep. In deze bedragen zijn begrepen de bouwkosten, de
toeslag voor paalfundering en de toeslag voor herstel en
inrichting van terreinen (tussen haakjes staan de bedragen
indien paalfundering niet noodzakelijk is)
De vergoeding wordt bepaald op basis van de volgende bedragen:
Vast bedrag: 32.886,- 26.407,-)
- Bedrag per groep: 120.521,- 117.499,-)
Huur van voor tijdelijk gebruik bestemde gebouwen
Naast aankoop kan een voor tijdelijk gebruik bestemd gebouw
ook worden gehuurd. In principe zijn er twee typen huur
mogelijk, te weten huur van een noodlokaal en huur van een
bestaand gebouw. In dit deel van de bijlage is een genormeerde
huurvergoeding opgenomen voor een noodlokaalHuur van een
bestaand gebouw wordt vergoed op basis van werkelijke kosten
(zie deel B: vergoeding op basis van feitelijke kosten)
De hoogte van de huurvergoeding voor een noodlokaal is
gebaseerd op de hieronder genoemde genormeerde
investeringswaarde van een noodlokaal, exclusief de toeslagen
voor herstel/inrichting van terrein, eenmalige aansluitkosten
en de toeslag voor paalfundering. Indien deze toeslagen als
gevolg van de lokale omstandigheden noodzakelijk zijn, worden
zij bij plaatsing van het noodlokaal vergoed.
Bij het bepalen van de investeringswaarde wordt er vanuit
gegaan dat bij een huurperiode korter dan 15 jaar een
restwaarde voor het noodlokaal blijft bestaan. Deze restwaarde
wordt van de investeringswaarde afgetrokken, zodat een netto-
investeringswaarde overblijft. Bij de berekening van de netto-
investeringswaarde wordt de volgende verdeelsleutel
gehanteerd, uitgedrukt als cumulatief percentage van de
nieuwbouwwaarde van een noodlokaal
huurperiode huurperiode huurperiode
60