Europese aanbesteding Indien de omvang van een opdracht of contract boven een bepaald bedrag uitkomt, worden ingevolge het Besluit overheidsaanbestedingen 1993 de richtlijnen van de Europese Unie (89/440/EG) toegepastDeze richtlijnen gelden vanaf de volgende bedragen: 200.000 ECU [1] (exclusief BTW) voor leveringen en diensten; 5.000.000 ECU (exclusief BTW) voor werken. Bouwactiviteiten, zoals nieuwbouw, uitbreiding en dergelijke, vallen onder de definitie 'werken' Aankoop van bijvoorbeeld meubilair of onderwijsleerpakket valt onder 'leveringen'. Bij aankoop van gebouwen en terreinen is de richtlijn uiteraard niet van toepassing. De richtlijnen voor aanbesteding van deze opdrachten zijn nader uitgewerkt in het Uniform aanbestedingsreglement-EG 1991 (UAR-EG 91) hetgeen van toepassing is op opdrachten in het kader van deze verordening. Opdrachten onder het Europees drempelbedrag Op opdrachten onder het Europees drempelbedrag zijn de richtlijnen, zoals vastgelegd in het Besluit overheidsaanbestedingen 1993, van toepassing. Deze richtlijnen en de hierbij behorende procedures zijn uitgewerkt in het Uniform aanbestedingsreglement 1986 (UAR 86) hetgeen van toepassing is op opdrachten in het kader van deze verordening. Ingevolge artikel 15, tweede lid, van de verordening worden afspraken gemaakt over de wijze van aanbesteding. Als uitgangspunt hierbij geldt dattenzij burgemeester en wethouders na overleg anders beslissen, ten minste twee offertes gevraagd dienen te worden. DEEL C Bepaling medegebruikstarieven De vergoeding, die een bevoegd gezag van een school voor basisonderwijs, voor (voortgezet) speciaal onderwijs alsmede voor voortgezet onderwijs voor het onderwijsgebruik van een lokaal, niet zijnde een gymnastiekruimtebetaalt, is gelijk aan het vaste bedrag uit de bekostiging van de materiele instandhouding voor de zevende groep van een basisschool, zoals dit jaarlijks wordt bekendgemaakt door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen DEEL D Vergoeding van door de minister voor 1997 toegekende voorz ieningen In hoofdstuk 8, paragraaf 8.1 van deze verordening zijn bepalingen opgenomen met betrekking tot de afhandeling van door de minister voor 1997 goedgekeurde voorzieningen in de huisvesting. Ingevolge de wet dient de gemeente deze voorzieningen te vergoeden. Voor de vaststelling van de hoogte van de vergoeding voor de goedgekeurde voorzieningen wordt het in de beschikking van de minister genoemde bedrag gehanteerd. 68

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1997 | | pagina 85