Paragraaf 2 Aanvraag en toekenning van uitkering en pensioen
Toekenning uitkering en pensioen
Artikel 60
Burgemeester en wethouders beslissen over de toekenning van een uitkering of een pensioen op
schriftelijke aanvraag door of vanwege de betrokkene, dan wel ambtshalve.
Vrijdom van leges
Artikel 61
De stukken waarvan overlegging door burgemeester en wethouders nodig wordt geoordeeld zijn
ingevolge artikel 158 juncto artikel 111 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers vrij
van leges.
Paragraaf 3 Ingang en einde van de pensioenen
Ingang eigen pensioen
Artikel 62
Het eigen pensioen gaat in met de dag waarop het recht daarop ontstaat.
Ingang nabestaanden- en wezenpensioen en tijdelijk pensioen
Artikel 63
1 Het nabestaanden- en wezenpensioen gaat in met de dag, volgende op die van het
overlijden van hem aan wie het wordt ontleend.
2 Het tijdelijk pensioen gaat in met een door burgemeester en wethouders te bepalen dag.
Ingang hersteld pensioen
Artikel 64
Wanneer een vervallen recht op pensioen geheel of gedeeltelijk wordt hersteld, gaat het pensioen
in met de eerste dag van de maand waarin het herstel heeft plaatsgevonden.
Einde pensioen
Artikel 65
1 Elk pensioen eindigt met het einde van de maand waarin de rechthebbende is overleden.
Ingeval van vermissing van de rechthebbende eindigt het pensioen met een door burgemeester
en wethouders te bepalen dag.
32