prioriteitsstellina
32. Op grond van het vervolgingsbeleid van het Openbaar Ministerie, dat
drie categorieen sociale zekerheidsfraude onderscheidt, wordt aangifte
van fraude gedaan. Het vervolgingsbeleid is vastgeiegd in de richtlijn
sociale zekerheidsfraude van het college van procureurs-generaal.
Alle signalen van fraude kunnen door de sociale recherche niet onmid-
dellijk in onderzoek worden genomen. De werkdruk op een bepaald tijd-
stip dwingt soms tot het doen van keuzen.
In beginsel wordt niet geselecteerd op grond van de aard van eventueel
misbruik. Alle vormen van fraude dienen dezelfde aandacht te krijgen.
Een ongelijke "pakkans" doet afbreuk aan de geloofwaardigheid van het
controlemodel.
Indien als gevolg van werkdruk toch prioriteiten gesteld moeten worden
dan gebeurt dit op basis van de volgende criteria:
- hardheid van de melding of het vermoeden;
- benodigde opsporingscapaciteit en verwachte onderzoeksduur;
- inschatting van de vervolgingsbereidheid van het OM.
3.2.4. afdoenina van aeconstateerde fraude
aloemeen
33. De laatste schakel in de handhavingsketen is het met bestuursrechtelijke
en/of strafrechtelijke middelen optreden tegen uitkeringsfraude. Tot de
bestuursrechtelijke reaches op fraude worden gerekend:
aanpassing of beeindiging van de lopende uitkering op grond van de
gebieken feiten;
herziening of intrekking van de in het verleden verstrekte uitkering;
terug- en invordering van de ten onrechte ontvangen uitkering;
oplegging en invordering van een administratieve/bestuurlijke boete.
Gezien de primaire verantwoordelijkheid voor handhaving van de wetten,
waarvan de uitvoering aan het gemeentebestuur is opgedragen, staan
deze reacties voorop. Het strafrechtelijk systeem dient als sluitstuk van
de handhaving te worden gereserveerd voor de ernstigste gevallen.
Samenloop van de bestuurlijke boete en de strafrechtelijke sanctie is
uitgesloten. Uiteraard kan de strafrechtelijke sanctie wel samengaan met
de overige bestuurlijke reacties, met name de terugvordering, die gericht
is op het ontnemen van wederrechtelijk behaalde voordelen en niet op
bestraffing.
Wet boeten en maatreaelen
34. Met het oog op een uniforme handhaving van de gehele sociale zeker-
heidswetgeving is de Wet boeten en maatregelen tot stand gebracht.
Voor de gemeenten is de wet op 01-07-1997 in werking getreden. De Wet
boeten betekent belangrijke veranderingen voor de Abw, loaw en loaz. In
G9 verband is een notitie tot stand gekomen m.b.t. de wet boeten. Deze
is door de raad vastgesteld.