Artikel 3
Vriistellmgen
De belasting wordt niet geheven ter zake van honden:
a. die jonger zijn dan drie maanden, voor zover zij te zamen met de moederhond
worden gehouden;
b. die uitsluitend dienen om blinde personen te leiden;
c. die door de "Stichting sociale honden voor gehandicapten Nederland" als
gehandicaptenhond aan een gehandicapte ter beschikking zijn gesteld;
d. die in een hondenasiel verblijven, indien de eigenaar van een dergelijke
inrichting houder is van een vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Wet
op de dierenbescherming (Wet van 25 januari 1961, Stb.19);
e. die uitsluitend ten verkoop in voorraad worden gehouden door een houder
met een vergunning als bedoeld in artikel 2 van de Wet op de dierenbescher
ming.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal honden dat wordt gehouden.
Artikel 5 Belastingtarief
1. De belasting bedraagt per belastingjaar:
a. voor een eerste hond 85,—;
b. voor een tweede hond 170,—;
c. voor iedere hond boven het aantal van twee 170,—.
2. In afwijking in zoverre van het voorgaande lid bedraagt de belasting voor
honden, gehouden in kennels die zijn geregistreerd bij de Raad van beheer op
kynologisch gebied in Nederland, 255,— per kennel.
3. Het tweede lid blijft buiten toepassing indien belastingplichtige schriftelijk
verzoekt de verschuldigde belasting vast te stellen naar het werkelijke aantal
honden indien blijkt dat dit bedrag lager is dan het op voet van het tweede lid
bepaalde bedrag.
Artikel 6 Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Wiize van heffing
De belasting wordt bij wege van aanslag geheven
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tiidsgelang
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later
is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het aanvangt, dan wel het aantal
honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectieve-
lijk de hogere belasting ter zake van het toegenomen aantal honden, verschul
digd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde
belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectieve-
12