HOOFDSTUK 3. HANDHAVINGSBELEID 3.1. handhavingsbeleid inhoud beg rip handhaving 7. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Abw houdt ook in de zorg voor een toereikende handhaving van die wet. Vaak wordt handhaving versmald tot het optreden tegen fraude, maar in beginsel moet het begrip breed worden opgevat: het bewerkstelligen dat de Abw overeenkomstig doeen strekking wordt benut en toegepast. In deze zin gaat het om ook het handhaven van de uitgangspunten van de bijstand, zoals bijvoorbeeld het complementaire karakter van bijstand. De bijstand sluit aan bij de eigen verantwoordelijkheid en de persoonlijke mogelijkheden van de aanvrager om zelf in de kosten van het bestaan te voorzien. Als de eigen mogelijkheden onvoldoende worden benut, dan vergt een juiste uitvoering dat het bijstandsprincipe wordt gehandhaafd door afstemming van de bijstand en/of door terugvordering van bijstand. De handhaving van specifieke, aan de bijstand verbonden verplichtingen komt aan de orde in hoofdstuk 4, dat gaat over het activeringsbeleid. In dit hoofdstuk wordt in het bijzonder behandeld de zorg voor recht- en doelma- tige uitvoering, voorzover die samenhangt met het verzamelen van gegevens op basis waarvan de aanspraak op bijstand wordt vastgesteld. Handhaving wordt in dit hoofdstuk beperkt opgevat: het gericht zoeken naar onregelmatigheden c.q. misbruik van bijstand en het daartegen zonodig optre den. noodzaak handhaving 8. Het ten onrechte of tot een te hoog bedrag ontvangen van bijstand moet worden voorkomen en bestreden. Een niet effectieve aanpak van dit ongewenste maatschappelijke gedrag doet afbreuk aan de bereidheid van de burgers om bij te dragen aan de instandhou- ding van de voorziening. Het maatschappelijk draagvlak daarvoor is alleen dan blijvend verzekerd, als ook aan de handhaving toereikende aandacht wordt besteed en daarmee veilig wordt gesteld dat de met de Abw beoogde doel- stellingen worden bereikt. Adequate handhaving voorkomt ook dat het gebruik van de sociale zekerheid niet bij voorbaat wordt aangeduid als potentieel misbruik. Tenslotte is een goede handhaving noodzakelijk met het oog op een gewenst doelmatig beheer van de overheidsmiddelen. Met het toenemen van de grotere beleidsverantwoordelijkheid en de daarmee gepaard gaande financiele verant woordelijkheid neemt het belang van dit aspect toe.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1998 | | pagina 138