Artikel 22 is slechts een aanvulling op de Gemeentewet. Onder interruptie is
overigens niet te verstaan het geven van tekenen van goed- of afkeuring; deze
uitingen worden beschouwd als verstoringen van de orde. Voor wat betreft de
handhaving van de orde op de publieke tribune wordt verwezen naar de artikelen 44
en 45 van dit reglement.
Artikel 23 Beraadslaging
Teneinde de vergaderduur niet te zeer te verlengen wordt over een voorstel dat in
onderdelen of artikelen is verdeeld, in principe in zijn geheel beraadslaagd. In het
eerste lid is een uitzonderingsmogelijkheid opgenomen. Indien de schorsing als
bedoeld in het tweede lid aan het einde van de tweede termijn plaatsvindt, zijn er
vervolgens twee mogelijkheden: er wordt direct tot stemming overgegaan of aan de
beraadslagingen wordt een derde termijn toegevoegd (zie artikel 20). In algemene zin
kan worden opgemerkt dat in commissievergaderingen de aandacht vaak meer gericht
is op bespreking en toelichting van de details; in de raadsvergadering worden op-
merkingen van meer algemene beleidsmatige aard gemaakt.
Artikel 24 Stemverklaring
Stemverklaringen zullen kort moeten zijn en mogen niet het karakter krijgen van een
derde termijn, als laatste reactie op de vorige spreker. De stemverklaringen worden
alle gegeven voor de hoofdelijke oproep van de leden tot de stemming begint.
Artikel 25 Beslissing
Deze bepaling beoogt niet meer, dan vast te leggen dat ook nog een beslissing over
het voorstel (indien een amendement is aangenomen, in zijn geamendeerde vorm)
moet worden genomen.
Paragraaf 3 Procedures bij stemmingen
Artikel 26 Stemming over zaken
Indien een lid te kennen geeft een hoofdelijke stemming te wensen, moet de stem
ming plaats vinden. De raad heeft niet de bevoegdheid om van deze bepaling van
artikel 32 van de Gemeentewet af te wijken. Vraagt niemand stemming, dan wordt
het voorstel geacht te zijn aangenomen. De regeling in het derde lid kan toepassing
krijgen, indien de uitkomst van de stemming tevoren duidelijk is en slechts enkele
leden zouden tegenstemmen. Bij wie de stemming begint, is geregeld in artikel 15.
Bij staking van stemmen is het bepaalde in artikel 32 van de Gemeentewet van
toepassing. Indien de vergadering voltallig is, wordt het voorstel geacht te zijn
verworpen. Is de vergadering niet voltallig, dan wordt het nemen van het besluit tot
een volgende vergadering uitgesteld. Als ook dan de stemmen staken, wordt het
voorstel geacht niet te zijn aangenomen.
19