b. door de Minister bepaalde eindtermen te gebruiken, voorzover partijen dit overeenkomen in een productovereenkomst; c. eindtermen die niet door de Minister bepaald zijn te ontwikkelen en te ge bruiken voor door opdrachtgever gevraagde educatieve activiteiten, voor zover partijen dit overeenkomen in een productovereenkomst; d. waar mogelijk gebruik te maken van landelijke erkende toetsen en examens; e. onderwijsovereenkomsten af te sluiten met de deelnemers volgens het be- doelde in artikel 8.1.3 WEB; f. de geldende voorschriften van de Wet Persoonsregistratie toe te passen. g. een adequaat deelnemersregistratiesysteem in te richten op basis van het ge- noemde in 6.1. 6.4. Partijen onderschrijven het uitgangspunt dat de uitvoering plaatsvindt op de overeen gekomen kemlocaties, tenzij in de productovereenkomst anders wordt overeengekomen. 7. Overleg 7.1Partijen verplichten zich een overleg tot stand te brengen over zaken die deze over- eenkomst betreffen. 7.2. De overlegvormen zijn als volgt opgebouwd: 7.2.1Bestuurlijk overleg per regio tussen de portefeuillehouders educatie en het bestuur van de SVEF, resp. het ROC Friesland College. Minimaal 1 maal per jaar. 7.2.2. Ambtelijk/directioneel overleg per regio tussen de beleidsmedewerkers educatie en de directie van de SVEF, resp. het ROC Friesland College. Min. 4 maal per jaar. 7.2.3. Uitvoeringsoverleg tussen de coordinerend ambtenaar per regio-overleg en de des- betreffende locatiedirectie. Minimaal 4 maal per jaar. 7.2.4. Aanvullend op bovengenoemde overlegvormen kunnen partijen nadere afspraken maken. Daar waar dat gevolgen heeft voor andere gemeenten wordt dat in het regio-overleg aan de orde gesteld. 7.3De agenda voor een bestuurlijk overleg wordt opgesteld onder verantwoordelijk- heid van de opdrachtgever na overleg met de opdrachtnemer. De agenda wordt tenminste twee weken van tevoren aan de deelnemers aan het over- leg toegestuurd. 7.4. Het in 7.2.2. en 7.2.3. genoemde overleg komt voorts op verzoek van de opdracht nemer bijeen indien deze voorziet dat de op grond van een productovereenkomst overeengekomen educatieve activiteiten en voorwaarden niet nagekomen kunnen worden. -10-

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 1999 | | pagina 48