het meer kwalitatief invullen en onderbouwen van de woningbouwtaakstelling van elke gemeente. Achterliggende bedoeling is dat een redelijke mate van afstemming plaatsvindt waarbij er op enig moment binnen het totale woningmarktgebied van de Stadsregio nieuwe stijl niet teveel van hetzelfde aanbod op de markt wordt gezet en dat woningbouw meer en meer wordt geincorporeerd als een onderdeel van het totaal te voeren volkshuisvestings- en woningvoorraadbeleid. De vervaardiging van de koepelnotitie en het intergemeentelijke bestuurlijke besluitvormingstraject heeft de nodige tijd gevergd en was daamaast inhoudelijk gezien niet gemakkelijk. Bij dit beleidsveld is er namelijk toch snel sprake van belangentegenstellingen tussen verschillende gemeenten. De finale ondertekening van OKL lean niet plaatsvinden voordat ook de Koepelnotitie inhoudelijk en formeel is afgerond. Alvorens in te gaan op de Koepelnotitie zal ingegaan worden op het Woonplan gelet op de nauwe relatie tussen die twee. Gemeenteliik Woonplan. Elke gemeente in Fryslan moet zo'n plan opstellen als uitvloeisel van de nota Wenjen yn Fryslan. In het plan wordt aangegeven hoe de invulling van de richtgetallen tot 2010 ter hand zal worden genomen. Hierbij dient de relatie te worden gelegd met de aanpak van de bestaande voorraad (de herstructurering of de stedelijke vemieuwing) en dient er overleg te worden gevoerd met de sociale verhuurders en de buurgemeenten. Voor de gemeenten binnen de Stadsregio komt daar dus nog de verplichting bij dat er uitvoering moet worden gegeven aan de OKL-afspraken. De te onzent actieve woningbouwvereniging BWL is nauw bij het opstellen van het Woonplan betrokken geweest. Ook is in Stadsregionaal verband met de buurgemeenten over de verschillende woonplannen van gedachten gewisseld en nader overleg gevoerd. In de vergadering in mei dit jaar van raadscommissie I is het Woonplan orienterend aan de orde geweest. Op de verschillende vragen en opmerkingen die daarbij gesteld en gemaakt zijn zal hierna worden ingegaan. Allereerst is er voor gepleit de reeds aanwezige (bouw)plannen in het woonplan op te nemen. Opgemerkt wordt dat dat niet aan de orde is omdat het Woonplan zich uitstrekt over de periode van na de besluitvorming over deze plannen. Met andere woorden, bestaande plannen drukken niet op de uitkomsten van de bouwproductie. Uiteraard zijn ze wel meegenomen bij de inventarisatie van de bouwproductie tot nu toe. Ook is opgemerkt dat in het Woonplan de knelpunten ontbreken. Daarover kan worden gezegd dat het juist de fase van uitwerking van het Woonplan is om knelpunten te signaleren. Verder is geconstateerd dat een aantal plannen nog ontbraken. Dat zijn een aantal zorgwoningen bij Woonzorgcentrum "Skilhiem" en plannen met betrekking tot de bouw van woningen aan de Lege Hearewei in Stiens. Bij Skilhiem praten we evenwel niet over uitbreiding van het aantal woningen maar puur over de uitbreiding van de zorg. In een eerste tranche zal de zorg zich gaan uitstrekken over de aanleunwoningen en in een tweede tranche over de bejaardenwoningen in de periferie van Skilhiem. De genoemde locatie aan de Lege Hearewei bevindt zich qua besluitvorming in een uiterst pril stadium. Van dat plan kan niet gezegd worden dat het al Woonplan rijp is. Tenslotte is gevraagd naar de concrete benoeming van de pot van 960 woningen. Daarvan moet worden opgemerkt dat het niet de gemeente is die daarover beschikt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2000 | | pagina 13