GEMEENTE 10
LEEUWARDERADEEL
Stiens, 26 juni 2001
Raadsvergadering: 5 juli 2001
Voorstelnummer: 2001/57
Onderwerp: delegatiebevoegdheid ex art. 19 lid 1 WRO
Te nemen besluit: het college van burgemeester en wethouders te delegeren tot de in het
leader van artikel 19 lid 1 WRO noodzakelijke navolgende besluiten:
ontvankelijkheid van een aanvraag ex art. 19 lid 1 WRO;
- het indienen van een verzoek om een verklaring van geen
bezwaar ex art. 19 lid 1 WRO;
- verlenen van vrijstelling na een verkregen verklaring van
geen bezwaar van GS
Korte inhoud:
Op 3 april 200 is de Wet op Ruimtelijke Ordening (WRO) gewijzigd. Een van de voor de
dagelijkse praktijk meest ingrijpende wijzigingen betreft de procedure ex artikel 19 WRO.
Onder de regeling van WRO van voor 3 april 2000 was het college van b&w bij wet het
bevoegde orgaan tot het verlenen van de vrijstelling ex art. 19 WRO (tenzij minimaal 1/5 deel
van de raad aangaf deze bevoegdheid te willen uitoefenen). Vanwege de status van de
procedure ex art. 19 WRO onder de huidige WRO, zijnde een zelfstandige projectprocedure,
is deze bevoegdheid thans toegekend aan de gemeenteraad.
Artikel 19 lid 1 WRO kent evenwel de mogelijkheid om deze bevoegdheid te delegeren aan het
college van b&w. Het onderhavige voorstel impliceert een dergelijke beperkte bevoegdheid aan
het college van b&w.
Inleiding:
Op 3 april 2000 is de gewijzigde Wet op de Ruimtelijke Ordening in werking getreden. Naast
enige andere aanpassingen is met name de wijziging van artikel 19 lid 1 WRO al dan niet in
combinatie met het verlenen van een aanlegvergunning of bouwvergunning, de meest
besproken en in de praktijk de meest in het oog springende verandering.
De onderhavige wijziging is een reactie op het in het verleden zeer veelvuldig en veelal
oneigenlijk toepassing geven aan de mogelijkheid van artikel 19 WRO die de WRO van 1965
en nadien de gewijzigde WRO van 1985, boden.
De evaluatie van de WRO en het Bro '85 heeft uitgewezen dat, ondanks het feit dat WRO
1985 de mogelijkheid bood voor globale bestemmingsplannen, er veelvuldig en veelal
onterecht toepassing werd gegeven aan het gebruik van de mogelijkheid van artikel 19 WRO.
1