Artikel 26
Artikel 20 Berekening eigen pensioen deeltijdwethouders na 31 december 1985 Artikel
20, model-Upv, komt als volgt te luiden:
Tijd, doorgebracht als wethouder, gedurende welke de belanghebbende voor zijn
bezoldiging geacht werd niet de volledige werkweek aan zijn ambt te besteden, telt voor
de pensioenberekening met toepassing van artikel 19 en 19a, dan wel met toepassing van
beide artikelen, mee met inachtneming van de voor die tijd toepasselijke deeltijdfactor of
deeltijdfactoren.
Artikel 27
Artikel 21 Samenvallende diensttijden van echtgenoten tussen 31 december 1985 en 1
januari 1995
In artikel 21, eerste lid, model-Upv, wordt "de gepensioneerde wethouder die recht heeft
op het ouderdomspensioen bedoeld in artikel 9, vijfde lid, onder b, van de Algemene
Ouderdomswet heeft, voor zover zijn pensioen is berekend met toepassing van artikel 19,
recht op een toeslag op zijn pensioen, vervangen door
De gepensioneerde wethouder heeft recht op een toeslag op zijn pensioen indien dat
pensioen is berekend met toepassing van de franchise bedoeld in artikel 19, vierde lid,
onderdeel a, en
Artikel 28
In artikel 21, derde lid, model-Upv, wordt "onder a" weggelaten.
Artikel 29
Artikel 23 model-Upv, wordt vernummerd tot artikel 24 en artikel 24 wordt
vernummerd tot artikel 24a
Artikel 30
Er wordt een nieuw artikel 23 in de model-Upv ingevoerd luidende: Artikel 23
Paraplubepaling Anw
Een regeling van nabestaanden- en wezenpensioen, vervat in deze verordening, wordt
voor de toepassing van artikel 103 van de Algemene nabestaandenwet beschouwd als een
pensioenregeling als bedoeld in dat artikel.
Artikel 31
Er wordt een nieuw artikel 23a in de model-Upv ingevoerd luidende:
1 Voor recht op een nabestaanden- of wezenpensioen, ontstaan wegens overlijden tussen
30 juni 1996 en 1 januari 1998 van een wethouder, gewezen wethouder, of
gepensioneerde wethouder, van een nabestaande of een wees die geen recht heeft op een
uitkering ingevolge de Algemene nabestaandenwet maar wel recht op pensioen of
tijdelijke uitkering ingevolge de Algemene Weduwen- en Wezenwet zou hebben gehad
indien die wet nog van kracht zou zijn geweest, geldt het volgende:
a voor de toepassing van de bepalingen inzake samenloop van pensioen en algemeen
pensioen over tijd voor 1 januari 1986 (inbouwbepalingen) en de bepalingen inzake het
recht op een toeslag wegens het ontbreken van recht op uitkering ingevolge de Algemene
nabestaandenwet heeft artikel 23 geen werking;