d de artikel 12, onder c, 19, derde lid en 20 werking hebben ten aanzien van voor een
pensioenberekening in aanmerking te nemen tijd vanaf 1 januari 1994;
e de artikelen 2, eerste en tweede lid en 3, eerste lid werking hebben ten aanzien van een
recht op uitkering ter zaken van een ontslag of aftreden ingaande 1 januari 1995 of
later;
f artikel 18, vijfde lid, werking heeft ten aanzien van voor een pensioenberekening in
aanmerking te nemen uitkeringstijd waarin de belanghebbende inkomsten heeft uit een
betrekking waaraan aanspraak op overheidspensioen wordt ontleend vanaf 1 januari
1995, en overigens eerst werking heeft ten aanzien van voor een pensioenberekening in
aanmerking te nemen tijd waarin recht op uitkering bestaat uit hoofde van een ontslag
of aftreden op of na de dag van inwerkingtreding van de tiende wijziging.
g de artikelen 23 en 23a werken terug tot en met 1 juli 1996.
Artikel 50
(Als de raad er voor heeft gekozen om artikel 18, zesde lid van de model-uitkerings- en
pensioenverordening vast te stellen, kan de raad de aanvulling van artikel 19 Upv
overnemen).
Artikel 19, negende lid, komt te luiden:
Het vierde, vijfde en zesde lid van artikel 18 zijn van overeenkomstige toepassing.
Aldus besloten door de raad voornoemd
in zijn openbare vergadering van 27-09-2001
Kingma) (mw. p. Chr.
Kingma) (mw. p. Chr. Vroegindeweij)