e de tekst van de ter vergadering ingediende initiatiefvoorstellen en burgerinitiatiefvoorstellen, voorstellen van orde, moties, amendementen en subamendementen; f bij het desbetreffende agendapunt de naam en de hoedanigheid van die personen aan wie het op grond van het bepaalde in artikel 25 door de raad is toegestaan deel te nemen aan de beraadslagingen. 5 De notulen worden opgesteld onder de zorg van de griffier. 6 De vastgestelde notulen worden door de voorzitter en de griffier ondertekend. Artikel 18 Ingekomen stukken 1 Bij de raad ingekomen stukken, waaronder schriftelijke mededelingen van het college aan de raad, worden op een lijst geplaatst. Deze lijst wordt aan de leden van de raad toegezonden en ter inzage gelegd. 2 Na de vaststelling van de notulen stelt de raad op voorstel van de voorzitter de wijze van afdoening van de ingekomen stukken vast. Artikel 19 Spreekregels 1 De leden van de raad en overige aanwezigen spreken vanaf hun plaats of van de spreekplaats en richten zich tot de voorzitter. 2 Bij bijzondere gelegenheden kan de voorzitter bepalen dat de leden van de raad en de overige aanwezigen vanaf een andere plaats spreken. Artikel 20 Volgorde sprekers 1 Een lid van de raad voert het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben. 2 De volgorde van sprekers kan worden gewijzigd, wanneer een lid van de raad het woord vraagt over de orde van de vergadering. Artikel 21 Aantal spreektermijnen 1 De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raad anders beslist. 2 Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten. 3 Een lid mag in een termijn niet meer dan een maal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel. 4 Het derde lid is niet van toepassing op: a de rapporteur van een commissie; b het lid dat een (sub)amendement, een motie of een initiatiefvoorstel heeft ingediend, voor wat betreft dat amendement, die motie of dat voorstel. 5 Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde. Artikel 22 Spreektijd Een lid van de raad kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden en de overige aanwezigen. Artikel 23 Handhaving orde; schorsing 1 Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij a de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te herinneren; b een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden. 2 Indien een spreker, zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de betreffende spreker, hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen. 3 De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en - indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord - de vergadering sluiten. Artikel 24 Beraadslaging 1 De raad kan op voorstel van de voorzitter of een lid van de raad beslissen over een of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen. 2 Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is. 9

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2002 | | pagina 15