In 2001 hebben 24 personen (gezinnen, alleenstaande ouders of alleenstaanden) van deze regeling
gebruikt gemaakt.
De kosten, die hiermee gepaard gingen bedroegen 2.000,40
2.9 Heronderzoeken
In artikel 66 Abw, artikel 14 Ioaw en artikel 14 Ioaz wordt de verplichting neergelegd dat
burgemeester en wethouders regelmatig een heronderzoek in stellen naar de op het recht op
bijstand van belang zijnde gegevens.
Wanneer en hoe vaak een heronderzoek dient plaats te vinden is vastgelegd in het
heronderzoeksplan.
Het plan van 2001 maakt een onderscheid tussen rechtmatigheid en doelmatigheidsonderzoeken.
Als categorie indeling geldt voor wat betreft de rechtmatigheid het jonger of ouder zijn dan 50 jaar.
De doelmatigheid kent daarbij nog de categorie schoolverlaters.
Het aantal heronderzoeken wordt in belangrijke mate bepaald door de omvang van het
clientenbestand.
In 2001 zijn 146 heronderzoeken Abw (excl. debiteuren) afgerond.
Daamaast zijn er nog 8 heronderzoeken Ioaw/ Ioaz afgerond.
Tot slot is nog in 49 gevallen onderzoek gedaan naar de beeindiging van de uitkering.
De gemeente is wettelijk verplicht om dit onderzoek binnen 6 maanden na de laatste betaling te
laten plaatsvinden.
Uit onderzoek is gebleken, dat wij hier in alle gevallen aan konden voldoen.
Helaas is het voor de gemeente niet mogelijk om gegevens te achterhalen van de behaalde
heronderzoekstermijnen.
Echter uit dossieronderzoek en de interne controle blijkt dat de termijnen wel eens overschreden
worden.
Hieraan liggen verschillende oorzaken ten grondslag.
Ten eerste hanteert de gemeente een termijn van orde van een week en een hersteltermijn van twee
weken bij het inleveren van de gegevens voor het heronderzoek.
Een gevolg hiervan is dat de consulent pas na ontvangst van alle gegevens van de client het
heronderzoek kan afhandelen.
Dit betekent dat wanneer een client pas aan het einde van het hersteltermijn de gevraagde
gegevens overlegt, de bijstandsconsulent in tijdnood komt om het heronderzoek binnen de gestelde
termijn af te kunnen handelen, aangezien een termijn van orde de heronderzoekstermijn niet
opschort.
Ten tweede blijken de heronderzoeksdatums niet altijd correct geregistreerd te worden.
Zo komt het incidenteel voor dat een heronderzoeksdatum te laat gepland wordt, waardoor de
heronderzoekstermijn overschreden wordt.
Inmiddels zijn de noodzakelijke maatregelen genomen om dit te voorkomen.
Tot slot moet nog genoemd worden, dat door ziekte op het bureau Sociale Zaken en het
noodgedwongen moeten werken met tijdelijke krachten (in alwachting van de samenwerking met
de gemeente Ferwerderadiel) de continui'teit niet altijd gewaarborgd was en tot een achterstand
heeft geleid, welke met de normale formatie niet meer ingelopen kon worden.
8