Dit heeft geresulteerd in een aantal trajecten.
Vanuit deze actie zijn er in 2001 in totaal 4 deelnemers uitgestroomd naar een reguliere of ID
baan.
Aan het eind van 2001 ziet de samenstelling van de groep deelnemers met een dienstbetrekking er
als volgt uit:
Leeftijd
Aantal
Man
Vrouw
23 jaar
1
1
0
23-30jaar
1
0
1
30-35 jaar
0
0
0
35-40jaar
1
0
1
40-45 jaar
1
0
1
45-50 jaar
1
0
1
50-55 jaar
2
0
2
55-60 jaar
2
1
1
3.2.2 Subsidie aan een werkgever
Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen een werkervaringsplaats en een Rea-plaatsing.
Het kenmerk van een werkervaringsplaats is dat een langdurig werkloze of een werkloze jongere
een arbeidsovereenkomst aangaat met een reguliere werkgever om werkervaring op te doen.
De werkgever krijgt vervolgens van de gemeente een loonkostensubsidie.
In 2001 is er in 1 geval gebruik gemaakt van de WEP.
Met de inwerkingtreding van de Wet (re)integratie arbeidsgehandicapten (REA) per 1 juli 1998
vormt de WIW tevens het wettelijk kader van een subsidie, die gemeenten aan werkgevers kunnen
verstrekken voor het in dienst nemen van arbeidsgehandicapten: werkgevers ontvangen een
zogenoemd plaatsingsbudget waarmee tegemoet wordt gekomen aan de extra kosten die het in
dienst nemen van een arbeidsgehandicapte eventueel met zich mee brengt.
In het jaar 2001 is hier door de werkgevers geen gebruik van gemaakt.
Daamaast zijn een aantal personen voorgedragen voor een zogenaamde Rea-toets
(arbeidsongeschiktheidsbepaling).
Doel van deze toets was om duidelijkheid te krijgen in hoeverre van betrokkenen verwacht kon
worden, dat zij zich beschikbaar stelden voor arbeid in loondienst gelet op de aanwezige medische
beperkingen.
Indien uit REA toets bleek, dat er toch nog sprake was van een zgn. restcapaciteit, dan werd - in
overleg met betrokkene - reintegratiebedrijf ottema zwart te Leeuwarden gevraagd om t.b.v. de
client(e) een traject tot (re)ihtegratie op te stellen.
Deze trajecten hebben in 2001 nog niet tot een daadwerkelijke uitstroom geleid.
Gelet op de veelal complexe problematiek (enige beperkingen, veelal geen of onvoldoende
opleiding/ werkervaring) viel dit ook niet direct te verwachten.
Wij hebben goede hoop, dat deze trajecten in 2002 tot het gewenste effect zullen leiden.
3.2.3. Sefaoling en activering
Vrijwilligerswerk, kinderopvang, scholing en andere stimuleringsactiviteiten zoals het verstrekken
van subsidies kunnen er toe bijdragen dat de afstand tot de arbeidsmarkt wordt verkleind of dat
mensen uit een sociaal isolement geraken.
12
