e.
woonschip:
elk vaartuig dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebezigd als, of te oordelen naar zijn
constructie of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak bestemd is tot, dag- of
nachtverblijf van een of meer personen;
f.
ligplaats:
een door de gemeente aangewezen ligplaats welke door een woonschip wordt
ingenomen;
g-
hoofdverblijf:
de woonruimte, bestemd en geschikt voor permanente bewoning, waar de
gehandicapte zijn vaste woon- en verblijfplaats heeft en in de gemeentelijke
basisadministratie staat ingeschreven dan wel zal staan ingeschreven, dan wel het
feitelijk woonadres indien de gehandicapte met een briefadres is ingeschreven;
h.
gemeenschappelijke ruimte:
gedeelte(n) van een woongebouw, niet behorende tot de onderscheiden woningen,
bestemd en noodzakelijk om de woning van de gehandicapte vanaf de toegang tot de
woning te bereiken en ruimten die onder het gehuurde vallen en waarvan de
gehandicapte gebruik moet kunnen maken;
i.
woningaanpassing:
ingreep die gericht is op het opheffen of verminderen van beperkingen die een
gehandicapte ondervindt bij het normale gebruik van de woonruimte en waarvan de
kosten een bedrag van 45.378,= niet te boven gaan;
j-
wet:
de Wet voorzieningen gehandicapten;
k.
financiele tegemoetkoming:
een tegemoetkoming in de kosten van een voorziening welke kan worden afgestemd
op het inkomen van de gehandicapte;
1.
forfaitaire vergoeding:
een bijdrage ineens die los van het inkomen en los van de werkelijke kosten van een
voorziening wordt verstrekt, al dan niet met inachtneming van de inkomensgrens;
m.
gemaximeerde vergoeding:
een vergoeding in de kosten van een voorziening die tot een vastgesteld maximum
wordt verstrekt, die moet worden aangewend voor het doel waarvoor de vergoeding is
verstrekt en dus kan worden afgerekend op declaratiebasis, al dan niet met in
achtneming van de inkomensgrens;
n.
voorziening in natura:
een voorziening die in eigendom, in bruikleen of in huur wordt verstrekt;
normbedrag:
een forfaitaire of gemaximeerde vergoeding;
P-
eigen bijdrage:
0.