Hoofdstuk 2. Woonvoorzieningen.
Paragraaf 1 Algemene omschrijving.
Artikel 2.1 Type woonvoorzieningen.
a. verhuis- en inrichtingskosten
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten om een tegemoetkoming te verstrekken in de
verhuis- en inrichtingskosten, indien verhuisd wordt naar een aangepaste of een goedkoper
dan de reeds bewoonde woonruimte aan te passen woning. De gemeente maakt de afweging
of zij een tegemoetkoming in de verhuiskosten wil geven of dat de woning van de
gehandicapte aangepast moet worden.
Indien aangepaste of aanpasbare woningen beschikbaar zijn kan uit doelmatig-
heidsoverwegingen de voorkeur gegeven worden aan verhuizen boven aanpassen van de
huidige woonruimte van de gehandicapte. Bij de uiteindelijke keuze van de te verstrekken
voorziening wordt een afweging gemaakt tussen de kosten van het verhuizen versus het
aanpassen van de huidige woonruimte. Tevens zal bij de afweging verhuizen of aanpassen
rekening gehouden worden met de sociale omstandigheden waarin de gehandicapte zich
bevindt zoals de aanwezigheid van mantelzorg (hieronder worden hand- en spandiensten door
familie, buren en vrienden verstaan, waardoor de gehandicapte minder aanspraak hoeft te
doen op reguliere voorzieningen).
Uitgangspunt van het gemeentelijk beleid is dat zo goed mogelijk gebruik wordt gemaakt van
de voorraad aangepaste woningen in de gemeente. Het registreren van aangepaste woningen
kan hierbij een hulpmiddel zijn. Om zo doelmatig mogelijk met de aangepaste voorraad
woningen om te kunnen gaan kan het wenselijk zijn dat indien de band tussen gehandicapte
en woning is verbroken (bijvoorbeeld door overlijden van de gehandicapte) deze woning
opnieuw aan een andere gehandicapte wordt toegewezen. In dat geval zullen de
achterblijvende huurders naar een andere woonruimte moeten verhuizen.
Het verlenen van een verhuiskostenvergoeding kan als stimuleringsmaatregel gezien worden.
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten om een financiele tegemoetkoming of een
forfaitaire, dan wel gemaximeerde vergoeding te verstrekken ten behoeve van het vrijmaken
van een aangepaste woning. Als burgemeester en wethouders de achterblijvende gezinsleden
verzoeken om de woning vrij te maken kunnen deze in aanmerking komen voor een
tegemoetkoming in de verhuiskosten.
Er kunnen verschillende redenen zijn op grond waarvan de gemeente besluit om het
vrijkomen van een woning te stimuleren door het verstrekken van een verhuiskosten
vergoeding. Hierbij kan gedacht worden aan de hoogte van eerder gemaakte investerings-
kosten van de vrij te maken woning, bijv. indien de woning voor een door burgemeester en
wethouders te bepalen bedrag in het verleden is aangepast.
Een andere reden voor het verstrekken van een verhuiskostenvergoeding kan zijn dat daarmee
voorkomen wordt dat een woning voor meer dan een soortgelijk bedrag dient te worden
aangepast.
Afhankelijk van de situatie kunnen burgemeester en wethouders in uitzonderlijke gevallen de
hoogte van de tegemoetkoming laten afhangen van de concrete situatie. Het instrument wordt
immers als stimulans aangewend om de medewerking van huurders te krijgen bij het
vrijmaken van de woning voor een gehandicapte. Het betreft een forfaitair bedrag.