Een kanttekening die gemaakt moet worden bij het bieden van een verhuiskostenvergoeding
om een woning vrij te maken, is dat dit middel alleen een stimulans is en geen garantie biedt
dat de woning daadwerkelijk vrij komt.
Zie verder onder de toelichting bij paragraaf 3 'voorwaarden bij de verlening van
woonvoorzieningen1.
Wanneer een woning wordt vrijgemaakt, is het mogelijk dat er twee maal een vergoeding
voor verhuizing en inrichting wordt verstrekt: allereerst aan degene die de woning vrijmaakt
en vervolgens aan de gehandicapte die naar de vrijgemaakte woning verhuist. De totaalkosten
hiervan zullen een onderdeel uitmaken van de afweging of er een tegemoetkoming in de
verhuiskosten verstrekt zal worden dan wel een woning aangepast moet worden.
b. woningaanpassingen
De werkingssfeer van de WVG is sinds 1 april 2000 uitgebreid met de uitraasruimte. Bij een
uitraasruimte gaat het om een kamer (verblijfsruimte) waarin een (psychisch) gehandicapte
die gedragsproblemen heeft zich afzondert of tot rust komt. Het kan onzes inziens ook om een
(slaap)kamer van de (psychische) gehandicapte gaan. Een psychische handicap kan tot
gedragsproblemen leiden, zoals zelfverwonding, vemielzucht, ongecontroleerde driftuitingen
of apathie. De uitraasruimte is bedoeld om de (psychisch) gehandicapte die dergelijke
problemen ondervindt, tegen zichzelf te beschermen, alsmede om de ouders/verzorgers in
staat te stellen beter toezicht uit te oefenen. Daarbij moet het erom gaan dat de uitraasruimte
het belang van de (psychisch) gehandicapte moet dienen. Gaat het bij de gevolgen van de
gedragsproblemen niet om de belangen van de psychisch gehandicapte maar om die van
anderen, bijvoorbeeld doordat zij hinder veroorzaken voor die anderen, dan is er geen sprake
van een uitraasruimte in de zin van artikel 1, eerste lid onder c, van de WVG. Uit
jurisprudentie van de CRvB is gebleken dat tot de doelgroep vaak kinderen behoren die door
autisiform of autistisch gedrag volstrekt onhandelbaar zijn. Welke andere groepen daar bij
komen, zal de jurisprudentie moeten leren.
c. roerende woonvoorzieningen
Onder een woonvoorziening waarbij geen sprake is van een ingreep van bouw- en
woontechnische aard wordt met name een financiele tegemoetkoming voor woningsanering
i.v.m. CARA of het verstrekken van rolstoeltapijten verstaan. Ook kan onder deze categorie
worden begrepen hulpmiddelen voor baden, wassen en douchen welke niet nagelvast aan de
woning zijn bevestigd, alsmede mobiele patientenliften. Deze laatste twee categorieen
roerende woonvoorzieningen kunnen ook in de vorm van een voorziening in natura worden
verstrekt, bij voorbeeld in bruikleen, zodat hergebruik mogelijk is.
d. onderhoudskosten
Kosten voor onderhoud, keuring en reparatie worden gesubsidieerd omdat deze kosten
regelmatig moeten worden gemaakt dan wel relatief hoog zijn. Het gaat hier uitsluitend om
voorzieningen die (elektrisch) beweegbaar zijn en waar om die reden slijtage kan optreden
waardoor de veiligheid van het gebruik van de voorziening niet langer kan worden
gegarandeerd. Het betreft met name liften en (elektrische) beweegbare keukens.
Vervanging door normale slijtage wordt in dit artikel niet genoemd. Uiteraard worden de
kosten van dergelijke vervangingen wel volgens de regels van de verordening vergoed.
e. tijdelijke huisvesting