tegemoetkomingen in de kosten van:
1. aanpassingen aan de auto:
Wanneer de gehandicapte een eigen auto bezit en men kan niet gebruik maken van het
collectief vervoerssysteem, bestaat de mogelijkheid financieel tegemoet te komen in de kosten
van aanpassing aan de eigen auto.
Hierbij wordt de Wvg-draagkracht van de gehandicapte betrokken.;
2. gebruik van een bruikleenauto:
Het betreft hier een gemaximeerde vergoeding in de kosten van het gebruik van een
bruikleenauto
3. gebruik van taxi of een eigen auto:
Indien geen gebruik gemaakt kan worden van het collectief vervoerssysteem kan een
financiele tegemoetkoming worden gegeven in de kosten van het gebruik van de eigen auto of
een taxi. Hierbij kan de gemeente beslissen of de vergoeding op declaratiebasis plaats vindt
4. gebruik van een rolstoeltaxi:
Omdat de kilometerprijs van een rolstoeltaxi hoger is dan die van een gewone taxi geldt hier
een hoger normbedrag
5. aanschaf of gebruik van een ander verplaatsingsmiddel:
Hierbij kan gedacht worden aan dezelfde vervoersvoorzieningen als hierboven bedoeld onder
b.4; hier wordt echter de voorziening niet in natura geleverd maar in de vorm van een
financiele tegemoetkoming. Tevens kan het gaan om aanpassingen aan diverse
vervoermiddelen, zoals aanpassingen aan een standaardfiets.
6. medisch noodzakelijke begeleiding tijdens het vervoer.
De gemeente kan een financiele tegemoetkoming verstrekken voor de extra kosten die een
noodzakelijke begeleider van de gehandicapte moet maken, naar het gebruik van kosteloos
vervoer. Een vergoeding wordt alleen verstrekt indien:
de aard en de emst van de aandoening zodanig is dat adequaat gebruik van het
openbaar vervoer slechts mogelijk is wanneer de betrokkene wordt begeleid en;
de begeleider voor het ophalen en wegbrengen van de gehandicapte slechts een reis
alleen en derhalve voor eigen kosten moet afleggen en;
begeleiding aanwezig is.
De hoogte van de vergoeding bedraagt deel van het bedrag van de forfaitaire
financiele tegemoetkoming in de kosten van de taxi of eigen auto.
Alle vervoersvoorzieningen in natura, vergoedingen en financiele tegemoetkomingen, met
uitzondering van de verstrekking van een bruikleenauto, een financiele tegemoetkoming of
vergoeding in de aantoonbaar te maken kosten van een aanpassing van een eigen auto en het
gebruik van een bruikleenauto, kunnen in combinatie met het collectief vervoerssysteem
worden verstrekt.
Overigens gaan wij er van uit dat de subcategories 2,3 en 4 altijd zullen worden verstrekt in
de vorm van forfaitaire of gemaximeerde vergoedingen en dus niet in de vorm van financiele
tegemoetkomingen.
Artikel 3.2 Het recht op een vervoersvoorziening.
Lid 1 van artikel 3.2 geeft aan dat een gehandicapte voor een vervoersvoorziening in
aanmerking kan worden gebracht wanneer aantoonbare beperkingen als gevolg van ziekte of
gebrek a. het gebruik van het openbaar vervoer of b. het bereiken van dit openbaar vervoer
deels onmogelijk maken.