Indien het inkomen van de gehandicapte boven de inkomensgrens uitkomt, zal de vervoerskosten worden stopgezet. Burgemeester en wethouders kunnen daarbij een overgangstermijn in acht nemen. Op grond van de AWB dient een besluit tot intrekking van een voorziening betrokkene schriftelijk te worden medegedeeld. Hierover hoeft in de verordening voorzieningen gehandicapte dus geen afzonderlijke bepaling te worden opgenomen. Hoofdstuk 7. Slotbepalingen. Artikel 7.1 Afwijken van bepalingen/hardheidsclausule. Artikel 7.1 bepaalt dat burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen ten gunste van de gehandicapte kunnen afwijken van de bepalingen van deze verordening, zo nodig na het inwinnen van advies. Dit afwijken kan uiteraard alleen maar ten gunste van de betrokken gehandicapte of eigenaar van de woonruimte en nimmer ten nadele. Ook de eigenaar van de aangepaste woonruimte kan in aanmerking komen voor de hardheidsclausule. Gedacht kan worden aan een situatie waar het van belang is dat een woonruimte ook langer dan zes maanden leeg staat, omdat bij voorbeeld bekend is dat een gehandicapte op het punt staat om uit een revalidatiecentrum te worden ontslagen en waar de aangepaste woning uitermate geschikt voor is. In die gevallen kan het doelmatiger zijn om een langere periode een tegemoetkoming in de huurderving te verstrekken. Verder is met nadruk gemeld: in bijzondere gevallen. Het gebruik maken van de hardheidsclausule moet beschouwd worden als een uitzondering en niet als een regel. Artikel 7.2 Beslissing burgemeester en wethouders in gevallen waarin de verordening niet voorziet. Deze rest-clausule biedt burgemeester en wethouders de mogelijkheid in alle niet-voorziene situaties te handelen naar bevind van zaken. Omdat ook deze beslissingen onderworpen zijn aan de voorgeschreven bezwaar- en beroep-procedures, dient ook in deze gevallen de beslissing gemotiveerd genomen te worden. Artikel 7.5 Nadere regels. Dit artikel maakt het mogelijk nadere regels ter uitvoering van deze verordening door Burgemeester en wethouders vast te laten stellen. Artikel 7.6 Periodieke evaluatie gemeentelijk beleid en bijstelling verordening. Op grond van dit artikel dient het gemeentelijk beleid periodiek geevalueerd te worden. Indien de evaluatie daartoe aanleiding geeft, bijvoorbeeld omdat het voorzieningen-niveau te hoog of te laag blijkt te zijn, dient de evaluatie te leiden tot aanpassing van de verordening. Artikel 7.7 Citeertitel; inwerkingtreding.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2003 | | pagina 74