Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs Leeuwarderadeel 2005Artikelsgewijze toelichting het grondgebied van de gemeente (hoofdvestiging, nevenvestiging, dislocatie). Er is dus geen on- derscheid gemaakt tussen openbaar (in welke bestuursvorm dan ook) en bijzonder onderwijs. In het geval dat het college bestuur is van een openbare school waarvoor een huisvestingsvoorzie- ning wordt gewenst, betekent dit dat het college dus gehouden is aan dezelfde procedures en termij- nen als een bestuur van een bijzondere school, een bestuurscommissie ex artikel 82 van de Gemeen- tewet waaraan de schoolbestuurlijke zorg voor de huisvesting is overgedragen of een openbaar li- chaam dat krachtens een gemeenschappelijke regeling een openbare school in stand houdt. Dit kan tot de op het eerste gezicht wellicht wat wonderlijke situatie leiden dat het college voor de in de verordening opgenomen indieningsdatum "bij zichzelf1 een aanvraag indient. In de gemeente- lijke bestuurspraktijk is dit geen novum. Zo komt het bijvoorbeeld geregeld voor dat het college bij zichzelf een verzoek om een bouwvergunning voor een gemeentelijke project indient. Dit alles vergt wel dat het college hiermee zorgvuldig omgaat, in die zin dat men altijd aan anderen (de raad, besturen van niet door de gemeente in stand gehouden scholen) moet kunnen aantonen dat men de "eigen" aanvragen ook daadwerkelijk in alle opzichten gelijk behandelt ten opzichte van de andere aanvragen. Artikel 2 Omschrijving voorzieningen in de huisvesting De omschreven voorzieningen geven niet alleen aan wat kan worden aangevraagd, maar ook wat er door de gemeente (anderszins) kan worden toegewezen. Voorzieningen die worden gewenst, maar die niet onder de omschrijving van dit artikel kunnen worden gebracht, vallen buiten het bereik van deze verordening. Louter op deze grond kan de gemeente een dergelijke voorziening weigeren. Dit sluit ook aan op de in de wet opgenomen weigeringsgrond dat een voorziening wordt geweigerd indien het geen voorziening in de huisvesting is in de zin van de wet (zie bijvoorbeeld artikel 100, eerste lid, onder a WPO). Voorbeeld: het buitenschilderwerk van een basisschool wordt volgens de opsomming van de onder- houdsactiviteiten (zie bijlage I, overzicht 'Onderhoud PO') niet gerekend tot de huisvestingsvoor- ziening onderhoud als bedoeld in artikel 2, onder c. Reden hiervoor is dat in deze bijlage buiten schilderwerk niet als voorziening in de huisvesting is opgenomen. (Een vergoeding voor het buiten schilderwerk vormt overigens een onderdeel van de vergoeding voor de materiele instandhouding, welke een schoolbestuur rechtstreeks van het rijk ontvangt.) De benoemde activiteiten die wel als zodanig zijn aangemerkt, hebben daarmee een limitatief ka- rakter. Uiteraard heeft iedere gemeente de vrijheid tot verruiming van de opgesomde activiteiten over te gaan, maar dus niet tot inperking. In artikel 2 zijn de in de wet globaal aangeduide voorzieningen in de huisvesting (zie bijvoorbeeld artikel 92 WPO) nader gespecificeerd. Op dit punt onderscheidt het zich van de in artikel 1 ver- klaarde begrippen. Ad a 1 Het begrip nieuwbouw omvat tevens het begrip vervangende nieuwbouw. 2° Ingevolge het bepaalde in bijlage I gaat het bij uitbreiding in het primair onderwijs om een noodzakelijke uitbreiding voor de huisvesting van minimaal een groep. 3° Ingebruikneming komt als term voor een voorziening in de huisvesting in de wet niet voor, maar wordt daar aangeduid met 'bestaand gebouw of een gedeelte daarvan'. Het kan daarbij gaan om zowel een onderwijsgebouw dat geheel leegstaat als een niet- onderwijsgebouw. Bij ingebruikneming worden de gebouwen bestemd voor onderwijsdoeleinden. Bij gedeeltelijke leegstand in een schoolgebouw waarvan een andere school gebruikt maakt is er sprake van me- degebruik. 4° Verplaatsing is beperkt tot noodlokalen vanwege de aard van een gebouw (men kan zich in de praktijk weinig voorstellen bij een verplaatsing van een permanent gebouw, dan is er sprake van vervangende nieuwbouw). aanpassingen tot en met VNG-ledenbrief (Lbr.02/104) 16 augustus 2002 -TV 3 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2004 | | pagina 107