Argumenten:
1. Het gemeentelijk beleid is erop gericht detailhandel alleen in het centrum van Stiens toe te
staan.
Om uitholling te voorkomen en een sterk centrum te behouden is het gemeentelijk beleid om
detailhandel alleen in het centrum van Stiens toe te staan. Detailhandel buiten het centrum
wordt alleen toegestaan als het gaat om perifere detailhandel, dat is detailhandel dat door zijn
aard of omvang niet goed in het centrum van een plaats is te handhaven. Denk hierbij aan
autobedrijven, meubelzaken en bouwmarkten. Daar is in dit geval geen sprake van. Ook het
provinciaal beleid is zeer terughoudend bij het toestaan van detailhandel buiten het centrum.
Het is daarom ook zeer de vraag of bij eventuele medewerking wel de benodigde verklaring
van geen bezwaar wordt afgegeven.
Weliswaar is het de bedoeling om op kleinschalige wijze d.m.v. beperkte openingstijden en
geen personeel invulling te geven aan de winkel. Het is echter in beginsel niet mogelijk dit
soort zaken planologisch te regelen.
Op de vraag of een winkel in een schuur van 55 m2 mogelijk is stellen wij dan ook voor om
geen medewerking te verlenen. Dit sluit aan bij eerdere besluitvorming op soortgelijke
verzoeken.
In de raadscommissie is discussie ontstaan over het toestaan van dergelijke functies. De
commissie heeft het gevoel dat wel medewerking aan dit verzoek verleend kan worden
en dat het gemeentelijk beleid ruimte moet bieden voor dit soort gevallen. Wij hebben
begrip voor het standpunt van uw raad, en stellen daarom voor een kaderstellende
beleidsnota op te stellen (zie punt 2). Om een ad-hoc standpunt te voorkomen stellen wij
voor om (vooralsnog) geen medewerking aan het onderhavige verzoek te verlenen en het
verzoek te weigeren. In het kader van de nog vast te stellen kadernota zal het verzoek
opnieuw beoordeeld kunnen worden.
2. Een kaderstellende beleidsnotitie is wenselijk voor de toekomst.
Regelmatig wordt de gemeente geconfronteerd met verzoeken voor het toestaan van andere
functies naast de woonfunctie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een kapsalon aan huis, een
fysiopraktijk, een kantoor aan huis maar ook zijn er verzoeken om detailhandel bij huis toe te
staan. Tot nog toe worden een aantal ondergeschikte functies bij woningen onder bepaalde
voorwaarden vaak wel toegestaan, uitgezonderd detailhandel, maar een duidelijk
toetsingskader ontbreekt.
Mede gelet op de discussie in de raadscommissie over de winkel aan de Stienzer Hegedyk
lijkt ons het wenselijk om een kaderstellende beleidsnotitie op te stellen. Deze kadernota kan
dan als toetsingskader dienen voor het beoordelen van dergelijke verzoeken.
In de kademotitie moet aangegeven welke functies aanvaardbaar worden geacht naast een
woonfunctie. Daarbij zal dan aandacht moeten worden besteed aan de verschillende functies
(detailhandel, dienstverlenende functies) en de verschillende gebieden (buitengebied,
bebouwde kom). Wij kunnen ons voorstellen dat in het buitengebied een andere regeling
wordt gehanteerd dan in de bebouwde kom. Ook in de functies kan een onderscheid gemaakt
worden, detailhandel heeft bijvoorbeeld een andere uitstraling dan bijvoorbeeld een kantoor
aan huis. Bij het opstellen van de beleidsnotitie zal gekeken moeten worden naar het huidige
gemeentelijk beleid (bestemmingsplannen), de mogelijkheden binnen het rijks- en provinciaal
beleid en het beleid in omliggende gemeenten. De kaderstellende notitie zal door de raad