K 2.2 Tweede bouwsteen: het bestmirly k - ambteljjk samenspel Streefbeeld Als streefbeeld in het samenspel tussen bestuurders en ambtenaren gelden trefwoorden als begrip en respect voor elkaars rollen en verantwoordelijkheden en sturen op afetand met een goede informatie- voorziening en verantwoording. De wisselwerking tussen de bestuurlijke en ambtelijke organisatie is van wezenlijk belang voor het effectief en efficient realiseren van de vastgestelde doelstellingen. ffieimee hangen duidelijke afspraken over resultaten (output), kwaliteit en kosten samen. Via een goed werkende planning control-cyclus (P&C) worden bestuurders regelmatig over de voortgang geinformeerd en vindt achteraf een verantwoording plaats. De P&C-cyclus dient zowel portefeuille- houder als sectorhoofden in staat te stellen om een "passende afetand" ten opzichte van elkaar te kunnen innemen. Het College zal, onder meer ter beperking van de verkokering van de organisatie, niet sectoraal maar collegiaal moeten functioneren. Portefeuillehouders functioneren binnen de door het college gestelde hoofdlijnen met een ruime delegatie/mandatering aan de portefeuillehouders en de ambtelijke organi satie. Een ander speeipunt heeft betrekking op de bestuursstijl van de individuele portefeuillehouders en de ambtelijke managementstijl die daarop dient te worden afgestemd (en andersom!). Analyse Om het evenwicht tussen taken en formatie te bepalen, worden een bestuurlijke visie op de gemeente- lijke taak en rol van Leeuwarderadeel, daaruit afgeleide beleidswensen van Raad en College en een consistent uitbestedingsbeleid gemist. Het samenspel tussen Raad, College van B&W en MT in termen van heldere opdrachtformulering en prioriteitstelling laat als gevolg daarvan te wensen over. Tijdens de interviews is door de gesprekspartners een tweetal zorgen naar voren gebracht. Deze zorgen betreffen de huidige ervaren bestuurscultuur en de beeldvorming tussen Raad, College van B&W en ambtelijke organisatie. Qpgemerkt moet worden dat gedurende het onderzoek geen interviews hebben plaatsgevonden met de beide wethouders en Raadsleden. Dat betekent dat het beeld met betrekking tot de bestuursstijl en de onderlinge beeldvorming is gebaseerd op de gesprekken met de burgemeester, het management en de medewerkers en dit beeld derhalve niet volledig kan zijn. Dat neemt niet weg dat het met het oog op het functioneren en presteren in de toekomst van belang is om de beelden voor het voetlicht te brengen. Uit de gesprekken komt naar voren dat bestuursstijl als sterk beheersmatig en weinig besluitvaardig wordt ervaren. Een analyse door K+V van de besluitenlijsten van een aantal B&W-vergaderingen laat in ieder geval zien dat mandatering nog sterk achterblijft bij hetgeen elders gebruikelijk is. Tegelijkertijd kan worden geconstateerd dat de ambtelijke organisatie het bestuur tot op heden onvoldoende in staat heeft gesteld om daadwerkelijk op enige afetand en op hoofdlijnen te besturen. Met betrekking tot de onderlinge beeldvorming zijn in vrijwel alle gesprekken typeringen gebruikt als "een gebrek aan onderling vertrouwen" en "tegenover elkaar in plaats van met elkaar". Rapportage: Onderzoek evenwicht taken formatie g-02-27-001 pagina 5

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2005 | | pagina 73