Hoorcommissie Ruimtelijke Plannen
Gemeente Leeuwarderadeel
20.00: Horen dhr. J. Griipstra
De voorzitter heet de heer Grijpstra welkom. Nadat hij de leden van de commissie en de
secretaris heeft voorgesteld vraagt hij hem om zijn zienswijze nader toe te lichten.
De heer Grijpstra gaat nader in op hetgeen in zijn zienswijze is aangegeven. Ten eerste heeft
hij moeite met een aantal tekstuele zaken en het ontbreken van de juiste foto's, maar hij erkent
dat dit niet de kern van de zaak is. Datzelfde geldt voor het te compenseren bos, wat hij bij
voorkeur bij Finkum gerealiseerd ziet. Het grootste probleem heeft hij met de te realiseren
woning op de voorzijde, welke hij liever niet gerealiseerd ziet. Hij is van mening dat met deze
woning geen aantrekkelijke afronding van het dorp kan worden gerealiseerd. Het is geen mooi
aanzicht van het dorp en hij pleit dan ook voor het realiseren van 7 woningen.
Mocht de woning er wel komen dan moeten hier extra eisen aan gesteld worden. De hoogte
moet beperkt blijven, dat wil zeggen een bouwlaag met een niet bewoonbare kap. De woning
moet niet groter worden dan zijn woning. Daarbij speelt ook mee dat het grondpeil niet gelijk
is waardoor de woning al hoger komt te staan. Dit zorgt tevens voor wateroverlast op zijn
perceel. Hij is daardoor van mening dat hij wel recht heeft op planschade.
Verder erkent Grijpstra dat er ook eigen belang is door het verlies van uitzicht bij het
realiseren van de woning. Ten slotte merkt hij op dat grens van de bestemming niet helemaal
juist is, hij heeft in het verleden een strook grond gekocht van een paar meter breed. De
bestemming zou hier op aangepast moeten worden.
Naar aanleiding van een vraag van de heer Roosma geeft Grijpstra aan dat hij in principe
bereid is het perceel naast hem te kopen, zodat dit een positief effect heeft op de
grondexploitatie bij 7 woningen. Hij benadrukt dat hij de gang van zaken wat vreemd vindt.
Eerder is gezegd dat ook 7 woningen financieel haalbaar is en in eerste instantie zou de weg
aan de andere kant worden gelegd.
De heer Dijkstra wijst op een aantal technische aspecten. Door nieuwe regelgeving
(bouwbesluit) zal in ieder geval de goot hoger zijn dan zijn woning. Daarbij worden zaken als
het grondpeil en dergelijke niet in het bestemmingsplan geregeld. Dat zal in de uitvoering
naar voren moeten komen.
De heer Grijpstra geeft aan dat hij bang is in een soort 'gat' terecht te komen omdat de
omliggende grond hoger ligt. Dit geeft voor hem problemen, met name op het gebied van de
waterhuishouding.
De heer Bos wijst op de exploitatie. Hij geeft aan dat in eerste instantie is gebleken dat ook
het realiseren van 7 woningen haalbaar lijkt. Met 8 woningen is er echter meer ruimte in de
exploitatie en kan ook beter aan de wens tegemoet gekomen worden om gevarieerd te
bouwen. Overigens bestaat nog altijd de mogelijkheid om 7 woningen te bouwen, dat zal
straks bij de ontwikkeling onderzocht moeten worden. De keus om de weg aan de andere
zijde neer te leggen heeft een aantal redenen die in het bestemmingsplan zijn vermeld. Ten
slotte wijst Bos op de juridische positie van Grijpstra. In het geldende plan uit 2001 is voor de
voorste kavel reeds een bouwmogelijkheid opgenomen. Tegen dat bestemmingsplan heeft de
heer Grijpstra nooit gereageerd. De gemeente kan nu in feite zonder meer een woning op deze
locatie bouwen.
Gemeente Leeuwarderadeel
-2-
Cluster VROM/JB
W*.-
