GEMEENTE 10
LEEUWARDERADEEL
Stiens, 11 oktober 2005
Raadsvergadering:
Voorstelnummer:
Behandelend ambt.:
E-mail:
Telefoonnr.
3 november 2005
2005/67
J.S.Bos
j .bos@leeuwarderadeel.nl
058-257 66 70
Onderwerp:
Hoorcommissie Ruimtelijke Plannen
Te nemen besluit: 1Trek de verordening hoorcommissie ruimtelijke plannen per
direct in.
2. Stel het werkplan commissie ruimtelijke plannen vast.
Korte inhoud: De wettelijke basis voor de hoorcommissie is vervallen. De
verordening dient derhalve te worden ingetrokken. Omdat de
commissie een duidelijke rol en behoefte vervult stellen wij voor om
de commissie wel voort te zetten en daarvoor een werkplan vast te
stellen.
Inleiding argumenten:
Per 1 juli 2005 is de Wet Uniforme Openbare Voorbereidingsprocedure (UOV) en de daarbij
behorende aanpassingswet in werking getreden. De nieuwe voorbereidingsprocedure vervangt
de huidige afdelingen 3.4 en 3.5 van de Algemene Wet Bestuursrecht Awb. Met de UOV
streeft de wetgever naar simplificering en uniformering van de bestaande
voorbereidingsprocedures. Hiertoe heeft de wetgever tal van wetten aangepast, waaronder de
Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO).
Een van de gevolgen van het invoeren van de UOV is dat de verplichting tot het horen van
indieners van zienswijzen komt te vervallen. Deze hoorverplichting was neergelegd in artikel
23 lid 4 van de WRO. In September 2004 heeft uw raad op basis van dit artikel de verordening
hoorcommissie Ruimtelijke Plannen vastgesteld. Daarvoor gebeurde dit door de
portefeuillehouder, maar door het nieuwe duale systeem was dat niet langer mogelijk.
Onder het regiem van de nieuwe UOV heeft hoorverordening geen rechtsgrondslag meer.
Reden waarom wij u adviseren om deze verordening in te trekken.
Voorgaande betekent evenwel niet dat de commissie wordt afgeschaft. De commissie heeft
afgelopen jaar aangetoond een belangrijke rol te vervullen bij de vaststelling van de
bestemmingsplannen. De betrokkenheid van de raad bij de burger en andersom wordt
vergroot en het komt de besluitvorming in de raad ten goede (betere voorbereiding en kennis
van zaken). Wij stellen daarom voor om de hoorcommissie te laten bestaan, zij het niet op
basis van een verordening, want daarvoor ontbreekt de juridische basis. Wij stellen voor om
werkafspraken te maken, die grotendeels overeenkomen met de in 2004 vastgestelde
verordening. Er zijn een aantal praktische zaken gewijzigd, in die zin dat aan de secretaris