8ylage, nr.
raads oOvxjeick/vmg
dd 3»o nou. zoo6
VERORDENING RECHTSPOSITIE WETHOUDERS EN RAADSLEDEN
De raad van de gemeente Leeuwarderadeel
gelet op de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet,
gelet op het Rechtspositiebesluit wethouders en het rechtspositiebesluit raadsleden,
besluit vast te stellen de volgende verordening
Verordening rechtspositie wethouders en raadsleden 2006
Hoofdstuk I Begripsomschrijvingen
Artikel 1
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet;
b. Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;
c. Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994,
Stb. 244;
d. Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriele regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41
als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;
e. Reisbesluit binnenland: het Koninklijk Besluit van 1 maart 1993, Stb. 144;
f. Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart
1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;
g. raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;
h. Verplaatsingskostenbesluit 1989: het Koninklijk Besluit van 6 oktober 1989, Stb. 424;
i. griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;
j. gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet.
Hoofdstuk II Voorzieningen voor raadsleden
Artikel 2 Veraoedina voor de werkzaamheden
Aan het raadslid wordt een vergoeding voor de werkzaamheden toegekend die gelijk is aan het
bedrag, vermeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden,
zoals dit bedrag jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt
herzien.
Artikel 3 Onkostenveraoedinq
1Aan het raadslid wordt een onkostenvergoeding voor aan de uitoefening van het
raadslidmaatschap verbonden kosten toegekend die gelijk is aan het bedrag, vermeld in
artikel 2, derde lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, zoals dit bedrag
jaarlijks door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt herzien.
1