46 3. De uittreding vindt plaats met ingang van 1 januari van het jaar volgend op dat waarin de voor de voor de uittreding noodzakelijke wijziging van deze regeling in werking is getreden. Artikel 18 Opheffing 1Deze regeling kan worden opgeheven als de colleges daartoe besluiten. 2. Een besluit tot opheffmg treedt in werking met ingang van 1 januari van het jaar volgend op dat waarin het besluit is genomen. 3. Ingeval van opheffing wordt het brandweercollege met de liquidatie van de regeling belast. Het liquidatieplan wordt door de colleges vastgesteld, gehoord het brandweercollege. 4. Ter uitvoering van de liquidatie blijft het brandweercollege in functie, zonodig na het tijdstip van opheffmg van de regeling. 5. Een batig saldo komt ten bate en een nadelig saldo komt ten laste van de deelnemende gemeenten. Dit saldo wordt vastgesteld naar verhouding van het inwonertal van de gemeenten op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de regeling wordt opgeheven. Voor de vaststelling van het inwonertal worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek bekend gemaakte bevolkingscijfers. Artikel 19 Overige bepalingen 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, door de colleges een voorziening getroffen, gehoord het brandweercollege. 2. Het college van de gemeente Harlingen verzorgt de bij de Wet gemeenschappelijke regelingen voorgeschreven toezending van deze regeling aan gedeputeerde staten. 3. Deze regeling kan worden aangehaald als "Gemeenschappelijke regeling Brandweer Noordwest Fryslan" en wordt van kracht met ingang van 1 januari 2008.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2007 | | pagina 117