zienswijzen kenbaar te maken in de periode tussen het collegebesluit en het raadsbesluit. De commissie adviseert het op dit onderdeel gegrond te verklaren wegens schending van een vormvoorschrift. De commissie adviseert de raad om reclamant alsnog in de gelegenheid te stellen zijn zienswijze kenbaar te maken alvorens in heroverweging wordt besloten. Voorzover de raad daarbij tot de conclusie komt dat het belang dat de raad voor ogen heeft bij de toepassing van de WVG zwaarder weegt dan de zienswijzen van reclamant, wordt, ten overvloede, aangeraden in het besluit op alle aangedragen punten gemotiveerd in te gaan. De commissie adviseert 1. het bezwaarschrift van de heer en mevrouw Miedema, It Noarderfjild 18, 9051 BM Stiens, tegen het besluit om een aantal percelen aan te wijzen als gronden waarop de artikel 10 t/m 24, 26 en 27 Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing zijn, ontvankelijk te verklaren. 2. het bezwaarschrift van de heer en mevrouw Miedema voomoemd ongegrond verklaren. 3. de raad van gemeente Leeuwarderadeel in overweging geven om de heer en mevrouw Miedema alsnog zienswijzen in te laten dienen bij de raad(scommissie). 4. reclamanten van het vorenstaande in kennis te stellen. [w. mr. S.A. Kimsma De secretaris, De voorzitter, mrjk Maarleveld 12 oktober 2006

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2007 | | pagina 37