opgeheven, indien de eigenaar of houder van de hond er zorg voor draagt dat de
uitwerpselen onmiddellijk worden verwijderd.
Voorstel en arsumentatie:
In dit artikel is verontreiniging door honden en opruimplicht van hondenpoep slechts op
bepaalde locaties geregeld.
Voorstel is via het nieuwe artikel in onderstaand kader een en ander uitputtender te
regelen. De opruimplicht geldt dan voor het gehele openbare terrein, behalve op plaatsen
die door het college zijn aangewezen ('uitlaatzones').
Artikel 2.4.18 Verontreiniging door honden
1De eigenaar of houder van een hond is verplicht ervoor te zorgen dat de uitwerpselen
van de hond in de openbare ruimte terstond worden opgeruimd.
2. Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd bepaalde plaatsen aan te
wijzen waar de in lid 1 gestelde verplichting niet van toepassing is.
Artikel 2.4.19 Gevaarlijke honden
1Het is de eigenaar of houder van een hond verboden die hond te laten verblij ven of te
laten lopen op of aan de weg of op het terrein van een ander:
a. anders dan kort aangelijnd, nadat het college aan de eigenaar of de houder
heeft bekendgemaakt dat het die hond gevaarlijk of hinderlijk acht en een
aanlijngebod in verband met het gedrag van die hond noodzakelijk vindt;
b. anders dan kort aangelijnd en voorzien van een muilkorf, nadat het college de
eigenaar of de houder heeft bekendgemaakt dat het die hond gevaarlijk of
hinderlijk acht en een aanlijn- en muilkorfgebod in verband met het gedrag van
die hond noodzakelijk vindt.
2. (Vervallen)
3. In het eerste lid wordt verstaan onder:
a. muilkorf: een muilkorf als bedoeld in artikel 1onder d, van de Regeling
agressieve dieren;
b. kort aanlijnen: aanlijnen van een hond met een lijn met een lengte, gemeten
van hand tot halsband, die niet langer is dan 1,50 meter.
4. Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing voorzover in het daarin
geregelde onderwerp wordt voorzien door de Regeling agressieve dieren.
Artikel 2.4.20 Houden van hinderlijke of schadelijke dieren
1Het college is bevoegd buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer
gedeelten van de gemeente of bepaalde plaatsen aan te wijzen waar het ter
voorkoming of opheffmg van overlast of van schade aan de openbare gezondheid
verboden is daarbij aangeduide dieren:
a. aanwezig te hebben; dan wel
b. aanwezig te hebben anders dan met inachtneming van de door hen ter
voorkoming of opheffing van overlast of van schade aan de openbare
gezondheid gestelde regels; dan wel
c. aanwezig te hebben tot een groter aantal dan in die aanwijzing is aangegeven
of mede is aangegeven.