Dit artikel was bij een eerdere wijziging al vervallen verklaard.
Afdeling 5 Verbod vuur te stoken
Artikel 5.5.1 Verbod afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen of anderszins vuur
te stoken
1Het is verboden in de openlucht afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen in de
7.i n van de Wet milieubeheer of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben.
2. Het verbod geldt niet voorzover het betreft:
a. verlichting door middel van kaarsen, fakkels en dergelijke;
b. sfeervuren zoals terrashaarden en vuurkorven, indien geen afValstoffen worden
verbrand;
c. vuur voor koken, bakken en braden, voorzover dat geen gevaar, overlast of
hinder voor de omgeving oplevert.
3. Het college kan van dit verbod ontheffing verlenen.
4. De vergunning kan worden geweigerd:
a. in het belang van de openbare orde en veiligheid;
b. ter bescherming van de woon- en leefomgeving;
c. ter bescherming van de flora en de fauna;
Voorstel en arsumentatie:
Deze weigeringsgronden kunnen vervallen nu er een nieuw artikel is ingesteld dat
uniforme, generieke weigeringsgronden bevat (zie art. 1.8)
5 Het verbod geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien
door artikel 429, aanhef en onder 1 of 3, van het Wetboek van straffecht of de
Provinciale milieuverordening.
Afdeling 6 Verstrooiing van as
Artikel 5.6.1 Begripsomschrijving
In deze afdeling wordt verstaan onder incidentele asverstrooiing: het verstrooien van as als
bedoeld in de Wet op de lijkbezorging op een door de overledene of nabestaande(n) gewenste
plek buiten een permanent daartoe bestemd terrein.
Artikel 5.6.2 Verboden plaatsen
1Incidentele asverstrooiing is verboden op:
a. verharde delen van de weg;
b. gemeentelijke begraafplaatsen en crematoriumterreinen;
2. Het college kan een besluit nemen waarin voor een bepaalde termijn wordt verboden
dat op andere plaatsen dan genoemd in het eerste lid asverstrooiing plaatsvindt.