6. Doelgroepen Wie zijn er bij de vorming van een WMO-beleid betrokken? Onderstaand worden de betrokken communicatiedoelgroepen in beeld gebracht. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen interne en exteme doelgroepen. Intern: 1Ambtelijke organisatie direct (uitvoerders en direct betrokkenen en MT) 2. Ambtelijke organisatie indirect (overige medewerkers, indirect betrokkenen) 3. College van B en W. 4. Gemeenteraad Extern: 5. Klanten die gebruik maken van WMO-voorzieningen (hulp in de huishouding, vervoersvoorzieningen, e.d.) 6. Belangengroeperingen die actief zijn op het gebied van WMO-thema's: a. Bestaande belangenorganisaties. b. De (nieuw te vormen) WMO-Adviesraad. c. Het (nieuw te vormen) Breed Beraad. 7. Overige organisaties/ketenpartners 8. Andere organisaties 7. Doelstellmgen Communicatie random het opstellen van WMO-beleid is geen doel op zich. Zoals al aangegeven faciliteren de communicatie-uitingen de interactieve aanpak van gemeentelijk WMO-beleid. Communicatie is daarmee ook een middel om beleidsdoelstellingen te behalen. Communicatiedoelstellingen kunnen worden omschreven in termen van kennis, houding en gedrag. Kennis Aangezien het in deze notitie om een voor alle inwoners van de gemeente Leeuwarderadeel nog nieuwe wet met een nieuwe boodschap gaat is er vaak nog weinig over de inhoud en het doel van de wet bij de doelgroepen bekend. Het overbrengen van voldoende kennis is daarom een belangrijk doel binnen de communicatie. Het is belangrijk om helder te communiceren over de inhoud van de wet en de visie die de gemeente heefit en de randvoorwaarden die worden gesteld. Houding en gedrag Het centrale doel achter de WMO, het 'meedoen', richt zich meer op houding- en gedrags- aspecten. De WMO beoogt een omslag in het denken van mensen in de samenleving. Men moet zich herkennen in de nieuwe aanpak voor maatschappelijke ondersteuning en uiteindelijk daar naar gaan handelen. Bovendien moet er draagvlak worden gecreeerd voor de nieuwe aanpak die de WMO beoogt. De houding van mensen is dan bepalend voor het gedrag dat men vertoont. Het beoogde gedrag is in dit geval actief burgerschap en zelffedzaamheid.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2007 | | pagina 86