4. De financiele opgave
BeJcidsnotitie moderniscring Wsw
De financiele stating op de sociale werkvoorziening is een middel dat moet bijdragen aan het
realiseren van de sociale opgave. De lumpsumfinanciering en het feit dat dit budget rechtstreeks
naat gemeenten gaat, maakt gemeenten bewuster van keuzes en de financiele consequenties daar-
van. Er zal scherper dan in het verleden worden gekeken waar welk deel van het budget wordt
ingezet. Ook zal, zeker voor nieuwe instroom vanaf de wachtlijst, scherpet gekeken worden welk
deel van de tijksbijdrage ingezet moet worden ter compensatie van het verlies aan loonwaarde en
welk deel gefinancierd kan worden met behulp van de inkomsten uit de markt.
4.1 Regievoering door financiele sturing
In de kademota is vastgesteld dat de gemeenten alle middelen (het Wsw-budget dat gemeenten
ontvangen van het Rijk en de huidige gemeentelijke bijdrage) ten behoeve van de Wsw, onverkort
beschikbaar stellen aan de GR Fryslan-West (zie ook kader 12 van de kademota). Daamaast is
vastgesteld dat de Sw-uitvoeringsorganisatie zorg draagt voor de kwantitatieve en kwalitatieve
uitvoering, ook voor de Sw-ers geplaatst bij andere Sw-uitvoeringsorganisaties en/ of begelei-
dingsorganisaties. Dit betekent dat de gemeenten, anders dan nu het geval is, slechts te maken
zullen hebben met een uitvoeringsorganisatie.
Bepaal de verdiencapaciteiten van een Wsw-geindiceerde
Met de lumpsumfinanciering is de rijksbijdrage straks niet langer gekoppeld aan een individuele
Sw-er. De gemeente zal inzichtelijk willen krijgen welke loonwaarde een Wsw-gemdiceerde heeft
(loonwaardebepaling). De verwachtingen hieromtrent zijn overigens niet te hoog gespannen, om-
dat door de strengere instroomcriteria ook de doelgroep sinds 1998 is gewijzigd. Daardoor ne-
men de verdiencapaciteiten gemiddeld genomen af.
Voor de gemeenten is een gemiddelde verdiencapaciteit interessant. De regiegroep zal in overleg
met de Sw-uitvoeringsorganisatie een bedrag vaststellen en dit voorstellen aan het AB van de GR
Fryslan-West. Aan de hand van de gemiddelde verdiencapaciteit zal het maximaal gemiddeld be
drag dat mag worden besteedt aan een Sw-er worden vastgesteld (zie ook kader 14 van de kader-
nota). Ook hierover zal de regiegroep adviseren aan het AB van de GR Fryslan-West. Na over-
eenstemming in het AB zullen deze bedragen worden opgenomen in het contract dat wordt ge-
sloten tassen de GR Fryslan-West en de Sw-uitvoeringsorganisatie.
Door middel van de maraps zal de regiegroep nagaan of de gemiddelde verdiencapaciteit en het
gemiddelde bestedingsbedrag per Sw-er overeenkomen met de afspraken zoals die zijn vastgelegd
in het contract. Wij stellen voor dat de regiegroep aan de hand van deze gegevens het AB van de
GR Fryslan-West adviseert.
Transparante kostenstructuur
Het feit dat de individuele gemeenten zich vanaf het uitvoeringsjaar 2008 moet kunnen verant-
woorden over de rijksbijdrage zorgt ervoor dat de, door de Sw-uitvoeringsorganisatie gemaakte
kosten, transparant moeten zijn voor de gemeenten. De Sw-uitvoeringsorganisatie zal transparant
moeten maken welke prestaties zij behalen en welke kosten zij maken per gemeente. De op-
drachtgevende gemeente zal inzicht willen hebben in de kosten- en opbrengstenstructaur (zie ook
hierboven). Het college van B&W zal verantwoording moeten afleggen aan de gemeenteraad over
de inzet van de middelen en aan het Rijk over het realiseren van de (minimale) taakstelling.
Wij stellen voor dat de GR afspraken maken met de Sw-uitvoeringsorganisatie over de aan te
leveren informatie. De regiegroep zal het bestaur van de GR hierin adviseren.