b. De aangeboden arbeidsplaats en de omvang daarvan zijn, gelet op de
indicatiestelling en mogelijkheden van de Sw-gei'ndiceerde, als passend aan te
merken; en
c. De duur van de arbeidsovereenkomst bedraagt tenminste 6 maanden, met
daarbij de mogelijkheid tot verlenging van de arbeidsovereenkomst en met de
intentie van de werkgever tot het aanbieden van een arbeidsovereenkomst
voor onbepaalde tijd; en
d. De werkplek en werkomstandigheden voldoen aan de vereisten uit de
Arbeidsomstandighedenwetgeving.
3. De begeleidingsorganisatie dient aan de volgende vereisten te voidoen:
a. De begeleidingsorganisatie staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;
en
b. De (begeleidingsorganisatie of haar medewerkers (zijn gekwajificeerd voor het
begeleiden van de doelgroep en in het bijzonder de Sw-gei'ndiceerde voor wie
het Persoonsgebonden budget is bestemd; en
c. De begeleidingsorganisatie heeft aantoonbare kennis en ervaring in het
regionale werkveld.
Artikel 4 De wijze van vaststelling van de periodieke loonkostensubsidie aan de
werkgever
1. Het college stelt op voorstel van SW-geindiceerde de hoogte van de
loonkostensubsidie aan de werkgever vast.
2. Het college kan de loonwaarde laten vaststellen aan de hand van een
loonwaardeonderzoek. Het college kan daartoe een externe deskundige
inschakelen.
Artikel 5 Herziening van de loonkostensubsidie
1. Het college kan op verzoek van de werkgever de hoogte van de
loonkostensubsidie herzien als daar, gelet op de ontwikkeling van de
arbeidsproductiviteit van de werknemer, aanleiding toe is.
2. Het college kan de hoogte van de loonkostensubsidie ambtshalve wijzigen.
Artikel 6 De vergoeding aan de begeleidingsorganisatie
1. Het college stelt jaarlijks het aantal uren aan begeleiding vast dat wordt vergoed
|per Sw-er.
2. Het college stelt jaarlijks de maximaie vergoeding aan een begeleidingsorganisatie
vast voor het zoeken voor een begeleid werken plaats.
3. De kosten als bedoeld in het tweede lid komen alleen voor vergoeding in
aanmerking bij van een arbeidsovereenkomst van tenminste 6 maanden.
Artikel 7 Vergoeding voor eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing
van de omstandigheden waaronder arbeid wordt verricht
1. Het college kan een vergoeding verstrekken aan de werkgever voor de eenmalige
kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder arbeid wordt verricht
als uit een deskundigenrapport blijkt dat:
a. Aanpassingen op de werkplek noodzakeiijk zijn; en
b. Deze aanpassingen persoonsgerelateerd zijn; en
c. Het niet redelijk is dat deze kosten door de werkgever worden gedragen; en
d. Indien er sprake is van een arbeidsovereenkomst van minimaal 6 maanden;
en
e. Indien op grond van de arbeidsovereenkomst tenminste 20 uur arbeid per
week wordt verricht door de Sw-werknemer.
2. De kosten voor aanschaf van apparatuur, kosten voor de werkplek en kosten
voortvloeiend uit Arbeidsomstandighedenwetgeving die de werkgever uit hoofde
van normaal en goed werkgeverschap voor iedere werknemer zou moeten maken
komen niet in aanmerking voor vergoeding door het college.
Opmerking [LcHl]: In de
originele tekst staat en/of. De
aanwijzingen voor de regelgeving
maken dat en/of niet kan worden
opgenomen, omdat of, ook en
impliceert. Wij kunnen echter niet
inschatten of in casu en of of moet
worden gebruikt.
Opmerking [LcH2]: Wij
hebben SW-er toegevoegd om
duidelijk te maken dat het gaat om
een vergoeding per persoon.Wij
kunnen nu niet goed beoordelen of
SW-er hier het juiste begrip is. Wij
Page 3 of 8