Onderhoud van gebouwen wordt ftnancieel vertaald in een onderhoudsrapportage. De logische ver- volgstap in planmatig onderhoud is de aansturing van de onderhoudswerkzaamheden, de zogenaamde werkvoorbereiding en uitvoering. Dit is het maken van werkomschrijvingen van de onderhoudswerk zaamheden, de directievoering, regelen en organiseren van het onderhoudsproject. Dit natuurlijk bin- nen de gestelde kwaliteiteisen en budgetten. Deze werkzaamheden worden voor het meeijaarlijks on derhoud uitgevoerd door een exteme partij Het gebouwenbeheerplan is een werkdocument en is een leidraad voor de uitvoering van het vastge- stelde beleid. In 2008 wordt het plan geactualiseerd. 17.4 Financiering Deze paragraaf bevat de realisatie van de beleidsvoomemens ten aanzien van het risicobeheer van de financie- ringsportefeuille. Het vemieuwde Treasury-statuut van de gemeente Leeuwarderadeel is op 20 december 2005 vastgesteld. Aan- passing van het Statuut was noodzakelijk als gevolg van de invoering van het Besluit begroting en verantwoor- ding provincies en gemeenten (BBV) en de Wet duahsering gemeentebestuur. Dit financieringsstatuut stelt kaders en doelstellingen voor de uitvoering van het treasurybeleid van de gemeente Leeuwarderadeel. Het treasurystatuut is gebaseerd op de Wet Financiering Decentrale Overheid (FIDO), die met mgang van 1 januari 2001 werkzaam is. Een belangrijk doel van deze wet is de bevordering van een solide financieringsstruc- tuur van de decentrale overheden. Een doel dat de gemeente Leeuwarderadeel eigen is. De treasury-functie bestaat uit een viertal deelfuncties: 1. risicobeheer, 2 gemeentefinanciering, 3. kasbeheer, 4. debiteuren- en crediteurenbeheer. Tevens is door de gemeenteraad op 31 maart 2005 een gewijzigde versie van de Financiele verordening gemeen te Leeuwarderadeel vastgesteld, waarin de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor het financieel beheer en voor de inrichting van de financiele organisatie van de gemeente Leeuwarderadel zijn vastgelegd. Aleemene ontwikkelingen: rentebeleid In het jaar 2007 hebben zich geen belangrijke ontwikkelingen voorgedaan binnen de orgamsatie welke van m- vloed zijn geweest m.b.t. de financiering. Voor de exteme ontwikkelingen wordt gebruik gemaakt van het Fmancieel-economisch Beeld van de Bank Ne- derlandse Gemeenten. Op begrotingsbasis werd rekening gehouden met een lichte stijging van de rente naar 4,5%. In 2007 is de lange rente (1 jaar en langer) gestegen van 4,17% naar 4,71%. De rekening-courantrente is gestegen van 5% naar 5,25%. Op grond van de werkelijke uitgaven aan rente is een omslagpercentage van 4,8% vastgesteld. Dit percentage wordt gebruikt om de rentekosten toe te rekenen aan de investeringen. 17.4.1 Renterisico Het risicobeheer omvat alle activiteiten die zich richten op het beheersen van financiele risico s, te weten: a. Renterisico's; b. Kredietrisico's; a. 1 Renterisiconorm (renterisico van de vaste schuld) Renterisico omvat het risico dat de gemeente loopt als gevolg van mogelijke renteschommelingen m.b.t. de vaste schuld. Dit risico kan worden beperkt door de financieringsbehoefte te spreiden over de jaren. De mate van spreiding wordt uitgedrukt in de renterisiconorm. Dit is een percentage van de totale vaste schuld en bedraagt Onder dit risico wordt begrepen het risico dat de gemeente loopt als gevolg van mogelijke renteschommelingen. In deze renterisiconorm worden nieuw aan te trekken leningen in een jaar uitgedrukt als percentage van de vaste schuld aan het begin van dat jaar. In 2007 zijn geen nieuwe leningen aangetrokken. Pagina 39 van 45

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2008 | | pagina 73