1
Voorgenomen besluit versterking samenwerking Middelsee Gemeenten.
1 Inleiding
In een conferentie op 26 en 27 januari 2009 hebben de vier colleges van burgemeester en
wethouders van de Middelsee Gemeenten gesproken over uitbreiding van onze gemeentelijke
samenwerking. Dit overleg is gevoerd aan de hand van een nota onder de titel 'Middelsee op
Koers'1. Langs acht eerder door ons geselecteerde taakvelden is gesproken over de concrete
betekenis van samenwerking, met per taakveld een doorkijk naar de vorm waarin deze
gegoten zou kunnen worden. De geselecteerde taakvelden zijn:
Informatisering automatisering;
Personeel en organisatie;
Inkoop;
Communicatie;
Onderwijs en jeugdbeleid;
Sportbeleid;
Openbare orde en veiligheid Juridische zaken;
Planning Control.
Met deze nota formaliseren wij de in vorenbedoelde conferentie aangegeven denkrichting in
een voorgenomen besluit. Dit voorgenomen besluit omvat tevens bestuursopdrachten aan de
gemeentesecretarissen om de realisatie van de door ons beoogde samenwerking voor te
bereiden. De uitwerking van bestuursopdrachten wordt neergelegd in een implementatieplan
dat de organisatorische, personele en financiele aspecten van de samenwerking op het
betreffende taakveld beschrijft, en uiteraard de zichtbare meerwaarde(n) van samenwerking.
Uitgangspunt daarbij is dat samenwerking op kostenefficiente wijze plaatsvindt.
Met dit voorgenomen besluit wordt een voorlopige afronding gegeven aan een onderzoek- en
besluitvormingproces dat in januari 2008 is gestart. Met ondersteuning van het bureau DHV is
toen onderzocht op welke taakgebieden samenwerking meerwaarde heeft. Na presentatie van
het onderzoeksrapport aan medewerkers en gemeenteraden, hebben de vier colleges van
B&W gedurende het najaar 2008 in een drietal sessies uitgebreid alle aspecten van
samenwerking de revue laten passeren. Deze sessies hebben geresulteerd in de door onze
gemeentesecretarissen opgestelde nota 'Middelsee op Koers'.
Onze conclusie is dat het uitgangspunt van het in 2007 tussen onze gemeenten afgesloten
convenant, te weten behoud van zelfstandigheid, nog steeds valide is en dat onze
samenwerking wezenlijk aan die doelstelling bijdraagt. De afgelopen jaren hebben we dat
naar onze mening bewezen met kleine en grotere successen, waaronder gezamenlijke
ontwikkeling van elektronische dienstverlening, gezamenlijke inkoop en ons bureau toezicht
en handhaving. Wij zijn er van overtuigd dat met het nu voorliggende 'samenwerkingspakket'
een fase wordt ingezet die de voordelen van 'besturen dichtbij burgers' versterkt en de
nadelen van 'beperkte schaalgrootte' op adequate en duurzame wijze ondervangt.
1 De nota, die de status van gespreksnotitie heeft, is ter informatie toegevoegd aan dit voorgenomen besluit.