De definitie kan breder worden gemaakt door ook een bijgebouwtje op het eigen erf hieronder
te laten vallen en ook semi-zelfstandige eenheden zonder keuken onder de definitie te laten
vallen.
Vanuit de hoofdwoning kan mantelzorg worden verleend in verband met ouderdom, handicap
of ziekte. Meestal is er sprake van een familierelatie: het kind kan zorgen voor een
hulpbehoevende ouder of andersom. De voordelen zijn dat er gemakkelijk mantelzorg kan
worden verleend, terwijl de hulpbehoevende persoon toch een mate van zelfstandigheid
behoudt. Nadelen kunnen zijn hoge investeringskosten en minder privacy dan bij zorg op
afstand.
Ons college stelt voor om een brede definitie van kangoeroewoning te hanteren: een
(semi) zelfstandige woonruimte binnen de hoofdwoning, aan de hoofdwoning of als
bijgebouw op het eigen erf, bedoeld voor mantelzorg, maar zonder eigen woonadres.
Over wel of niet een eigen woonadres voor de "buidel", zie paragraaf 2.4 onder 1.
1.2 Wat is een tijdelijke woonvoorziening?
Een andere categorie is een tijdelijke woonvoorziening. Een tijdelijke woonvoorziening wordt
getroffen om de zittende bewoner tijdelijk tegemoet te komen. Er wordt geen nieuwe
ondergeschikte woning aan de hoofdwoning toegevoegd. Een tijdelijke woonvoorziening kan
bestaan uit een kant- en klaar wooncontainer die achter de woning geplaatst wordt. Van een
dergelijke container kan men in een handomdraai een slaapkamer maken.
Een tijdelijke woonvoorziening is een uitkomst voor tijdelijke mantelzorg of voor als de
bewoner door diens lichamelijke toestand tijdelijk niet meer in staat is om de trap op te
komen. Dat kan omdat men met krukken moet lopen of zich moet bedienen van een rolstoel.
Wat ook voorkomt is dat men terminaal ziek is en de resterende tijd thuis wenst door te
brengen. In die gevallen is thuis blijven wonen te verkiezen boven een plek in een instelling,
waar bovendien wachtlijsten voor bestaan. Het aanleggen van een traplift is vaak onhaalbaar
en onpraktisch, gezien de tijdelijkheid van de situatie. Kortom, een tijdelijke
woonvoorziening kan onder omstandigheden een uitkomst zijn. Door hierop vooraf beleid te
formuleren kan er snel op een aanvraag worden ingespeeld.
1.3 Context
In de jaren '70 was er veel aandacht voor altematieve woonvormen en in die tijd zijn door
corporaties kangoeroewoningen gebouwd. Deze woningen waren geen groot succes omdat er
bij het vertrek van een der bewoners de andere partij niet gedwongen kon worden om ook te
vertrekken. Deze woningen gingen toen verloren als kangoeroewoningen. Thans zijn er
corporaties die met familiebanden rekening houden met de toewijzing. Een woning in de
buurt of een beneden-bovenwoning voldoet vaak, zonder dat de eerder genoemde problemen
ontstaan.
De discussie omtrent kangoeroewoningen is echter weer opgeleefd vanwege de vergrijzing,
de wens van ouderen om steeds langer zelfstandig te wonen en de grotere financiele
spankracht van burgers om hun woning te verbouwen. De discussie is grotendeels verplaatst
naar de particuliere woningsector. In de provincie Brabant hebben veel gemeenten daarom
een kangoeroebeleid opgesteld. De gemeente Boekel bijvoorbeeld is met haar beleid
veelvuldig in het nieuws geweest. Even zuidelijker, in Belgie, is de kangoeroewoning zelfs
benoemd in het regeerakkoord.