Toelichting op hoofdregel 4: Voor een veilig en doelmatig gebruik van de weg is het noodzakelijk dat het verkeer vanaf de uitrit goed zowel links als rechts kan uitkijken. Dat betekent dat een uitrit nagenoeg haaks moet aansluiten op de openbare weg. Een te brede uitrit kan ertoe leiden dat men alsnog niet haaks de weg oprijdt en dus naar beide kanten minder goed kan uitkijken. Om die reden is het onwenselijk om een uitrit toe te staan die breder is dan strikt noodzakelijk. Een uitzondering op hoofdregel 4 geldt voor uitritten ten behoeve van agrarisch materieel, vrachtverkeer en bedrijventerreinen. In die gevallen zal per bedrijf worden bekeken welke minimaal benodigde breedte nodig is om veilig de weg op te rijden. Een uitzondering kan ook worden gemaakt wanneer de uitrit uitkomt op dusdanig smalle weg dat een breedte van vier meter en 50 centimeter onvoldoende is om van of op het erf te komen. Toelichting op hoofdregel 6: Een uitrit moet op zo'n manier worden aangelegd dat zoveel mogelijk groen wordt gespaard. Dit betekent in principe dat de kortste doorsnijding van een groenvoorziening moet worden gekozen. Dit wordt slechts anders als de waarde van het groen een andere keuze rechtvaardigt. Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn wanneer een boom de kortste weg blokkeert. Een langere uitrit kan dan noodzakelijk zijn. C. Aan een vergunning te verbinden voorschriften Wanneer op de aanvraag geen van de hoofdregels van toepassing is en er ook overigens geen strijd is met de weigeringsgronden van artikel 2.1.5.3, derde lid, APV kan de vergunning worden verleend. In principe zullen de volgende voorschriften aan iedere verleende vergunning worden verbonden. De bestratingswerkzaamheden ten behoeve van de uitrit worden uitsluitend door of vanwege de gemeente uitgevoerd. 2. De uitrit wordt als elementenverharding uitgevoerd. 3. De soort en kleur van de bestrating van de uitrit zal zoveel mogelijk aan de rijba aanwezige bestrating worden aangepast. 4. De maximale breedte van de uitrit wordt door de gemeente aangegeven. as®s 5. De gemeente behoudt zich het recht voor om de uitrit te (laten) verwijderen, ir_.._ oog op de belarigen van verkeersveiligheid noodzakelijk moet worden geacht of wanneer de uitrit zijn functie heeft verloren. 6. Voor het in behandeling nemen van de aanvraag worden leges geheven naar het tarief zoals opgenomen in de tarieventabel behorende bij de legesverordening van de gemeente Leeuwarderadeel. Dit bedrag wordt verhoogd met de kosten ten behoeve van de aan te leggen of te wijzigen uitrit en het eventueel ten behoeve hiervan verplaatsen van een lichtmast, kolk en/of ander object in openbare grond, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege de gemeente is opgesteld. De bedragen zullen worden gemdexeerd op de inflatiecorrectie welke jaarlijks op de begroting wordt gehanteerd. Het verschuldigde bedrag heeft betrekking op de totale uitvoering van de uitweg. Het materiaal is en blijft eigendom van de gemeente. Het vcrschuldigdc bedrag dient voor aanvang van aan leg te worden ovcrgemaakt. 7. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen nadere voorwaarden stellen. -3-

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2010 | | pagina 49