Als start, om meerwaarde in harten en hoofden te krijgen, en voor tijdelijke of organisatorisch niet al te ingrijpende zaken is het tot dusverre gevolgde netwerkconcept5 een goede keuze geweest. Gemeenten hebben een vraag en zetten ambtelijke capaciteit in om die vraag op te lossen. Kosten en opbrengsten van inzet worden met gesloten beurzen verrekend. Niet dezelfde inzet staat centraal, maar wie waar goed in is: wie pakt het betreffende onderwerp op voor de vier gemeenten. In het najaar 2008 is door de colleges van B&W uitvoerig gesproken over de verdere koers van de samenwerking, met behoud van zelfstandigheid als vertrekpunt. Kijkend naar de forse uitdagingen die op ons afkomen, zoals decentralisatie van taken, meer doen met dezelfde middelen, was de conclusie dat verbreding en verdieping van samenwerking nodig is om toekomstbestendig te blijven. Een andere conclusie was dat het tot dan toe beproefde netwerkmodel mogelijk niet meer past bij de gewenste intensivering. Meer vraaggericht werken, zo groot mogelijke schaalvoordeel behalen en afspraken duidelijk (juridisch) vastleggen vragen om een andere sturingsfilosofie. Vanuit dit perspectief hebben wij bij ons uiteindelijke voorgenomen besluit6 het matrixmodel, voor het merendeel van de taakvelden, als optie genoemd. Met dit matrixmodel hebben wij ervaring opgedaan met ons Handhavingsbureau, dat op vergelijkbare leest geschoeid is. De daarmee opgedane ervaring zullen wij overigens benutten bij samenwerking op nieuwe taakvelden. Over ons voorgenomen besluit tot versterking samenwerking hebben wij destijds advies gevraagd aan de Ondememingsraden. Zij volgen het proces kritisch, overigens vanuit een positieve grondhouding. 4. Context Gemeenten spelen een steeds grotere rol bij ontwikkeling van beleid. Overheidstaken moeten zo dicht mogelijk bij de burger worden gelegd en het takenpakket van gemeenten breidt zich uit. De flnancieel-economische crisis zorgt er bovendien voor dat er minder geld te besteden is. Hoe het ook zij, de kwaliteit van het lokaal bestuur moet zodanig zijn dat maatschappelijke opgaven opgepakt en wettelijke taken adequaat vervuld worden. Dit kan worden samengevat onder de term 'bestuurskracht'. In de praktijk is er een breed instrumentarium ter versterking van de eigen bestuurskracht. Naast gemeentelijke herindeling is er o.a intergemeentelijke samenwerking op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, samenwerking tussen een centrumgemeente en omliggende gemeenten, het BEL-model, Ten Boer-model enz. Deze voorbeelden geven aan dat de bestuurlijke aandacht gericht is op nieuwe initiatieven ter versterking van bestuurskracht, en niet alleen op herindeling als enige oplossing. Gemeenten zijn ook niet allemaal hetzelfde en bestuurskrachtproblemen kunnen verschillend van aard zijn. Voorts is er evenmin een causaal verband aangetoond tussen inwoneraantal en -gebrek aan- bestuurskracht. Wij realiseren ons dat er momenteel allerhande discussies gevoerd worden over het middenbestuur (gemeenten en provincies) in ons land, niet in de laatste plaats in onze eigen 5 In het netwerkmodel staat kennisdeiing en beleidsafstemming centraal. Er is geen sprake van hierarchische aansturing. 6 Over dit voorgenomen besluit is u in april 2009 gevraagd uw gevoelen kenbaar te maken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Notulen van de gemeenteraad van Leeuwarderadeel | 2010 | | pagina 11