4. Reikwijdte accountantscontrole rechtmatigheidtoetsing
De accountantscontrole op rechtmatigheid voor het kalenderjaar 2010 is limitatief gericht op:
4.1 de naleving van wettelijke kaders, zoals die in de kolom "Wetgeving extern" van "het
normenkader van de rechtmatigheidcontrole" is opgenomen (bijlage 1 van dit protocol). Dit
uitsluitend voor zover deze directe financiele beheershandelingen betreffen of kunnen
betreffen;
4.2 de naleving van de volgende kaders:
de begroting;
financiele verordening ex artikel 212 Gemeentewet;
de controleverordening ex artikel 213 Gemeentewet;
en de overige kaders zoals opgenomen in de kolom "Regelgeving intern" van de "Het
normenkader voor de rechtmatigheidcontrole" (bijlage 1 van dit protocol). Dit laatste voor
zover van toepassing en uitsluitend voor zover deze directe financiele beheershandelingen
betreffen of kunnen betreffen.
Ten aanzien van de gemeentelijke verordeningen worden uitsluitend financiele
consequenties verbonden aan die bepalingen, die hoogte, duur en object/doelgroep van
financiele beheershandelingen betreffen. In verband hiermee vindt voor de interne
regelgeving uitsluitend een toets plaats naar de hoogte, duur en object/doelgroep van
financiele beheershandelingen.
Indien en voor zover bij de accountantscontrole materiele financiele onrechtmatige
handelingen worden geconstateerd worden deze in de rapportage en oordeelsweging
uitsluitend betrokken indien en voor zover het door de raad of hogere overheden
vastgestelde regels betreft. Met andere woorden: interne regels van college naar ambtelijke
organisatie c.q. collegebesluiten vallen daar buiten. Uitzondering hierop vormen
aanbesteding- en subsidieregels en mandaat- en delegatiebepalingen voorzover van belang
voor de getrouwheidscontrole door de accountant. Voorts kunnen interne regels wel relevant
zijn voor de nadere vaststelling van de invulling van "hogere" besluiten, maar deze regels
zijn op zich geen object van onderzoek. Het is (over het algemeen) aan het college om een
oordeel te vellen over de geconstateerde afwijkingen van lagere interne regels.
5. Communicatie en periodiek overleg
In de verordening ex artikel 213 Gemeentewet is in artikel 4, lid 3, de volgende zinsnede
opgenomen:
Ter bevordering van een efficiente en doeltreffende accountantscontrole kan er periodiek
(afstemmings-) overleg plaats tussen de accountant en (een vertegenwoordiger uit) de raad,
de portefeuillehouder Financien, en vertegenwoordigers uit de ambtelijke organisatie.
6. Rapportering accountant
Tijdens en na afronding van de controlewerkzaamheden rapporteert de accountant hierna in
het kort weergegeven als volgt:
Interim-contro/es
In de tweede helft van het jaar wordt door de accountant een zogenaamde interim-controle
uitgevoerd. Over de uitkomsten van die tussentijdse controle wordt een verslag uitgebracht.
Bestuurlijk relevante zaken worden - op grand van de overeengekomen rapportage wensen
- ook aan de gemeenteraad gerapporteerd.